operation manual

NL 45
Nederlands
Overige instellingen
TV-demo
U kunt een demo bekijken waarin u meer
leert over de functies van deze TV.
Opmerking: demo's worden niet
ondersteund op MHEG-zenders.
1. Druk op terwijl u TV kijkt.
2. Selecteer [Configuratie] > [Demo's
bekijken] en druk vervolgens op OK.
3. Selecteer een demo en druk op OK.
4. Druk op om het menu te sluiten.
Locatie
Om zeker te zijn dat de juiste TV-instellingen
worden gebruikt, kunt u selecteren op welke
locatie de TV wordt gebruikt.
Modus Winkel of Thuis
Selecteer de modus [Thuis] voor toegang
tot alle TV-instellingen. In de modus [Shop]
hebt u alleen toegang tot een beperkt aantal
instellingen.
1. Druk op terwijl u TV kijkt.
2. Selecteer [Configuratie] > [TV-
instellingen] > [Voorkeuren].
3. Selecteer [Locatie] > [Thuis] of [Shop],
en druk vervolgens op OK.
4. Start de TV opnieuw.
Plaatsing
Lees alle veiligheidsinstructies door
voordat u de televisie plaatst. Zie Aan
de slag > Belangrijk > Veiligheid
(Pagina 6).
Plaats de televisie op een plek waar er
geen licht op het scherm valt.
De ideale kijkafstand voor deze TV is
drie keer het diagonale schermformaat.
Als de diagonale afmeting van het TV-
scherm bijvoorbeeld 81 cm (32 inch) is,
is de ideale kijkafstand ongeveer 2,5 m,
gemeten vanaf de voorkant van het
scherm.
Als u zit, moeten uw ogen zich op
dezelfde hoogte bevinden als het
midden van het scherm.
Standaard- of wandmontage
U kunt de beste instellingen voor uw TV
toepassen door wandmontage of
standaardmontage te selecteren.
1. In het menu [Voorkeuren] selecteert u
[Plaatsing van de TV].
2. Selecteer [Op een TV-standaard] of
[Muurbevestiging] en druk vervolgens op
OK.
Software bijwerken
Versie controleren
1. Druk op .
2. Selecteer [Configuratie] > [Software -
instellingen] > [Huidige software-
informatie] en druk op OK.
De versie van de huidige software wordt
weergegeven.
Let op: installeer geen oudere softwareversie
dan de huidige versie op het apparaat. TP
Vision is niet aansprakelijk of
verantwoordelijk voor problemen die
ontstaan door het installeren van oudere
software.
Werk de software bij volgens een van deze
methoden:
bijwerken via USB-opslagapparaat
bijwerken via digitale uitzending.
bijwerken via internet
Bijwerken met USB
Zorg dat u het volgende bij de hand hebt
voordat u de software bijwerkt:
Een USB-opslagapparaat met minstens
256 megabytes opslagruimte, FAT- of
DOS-geformatteerd en met de
schrijfbeveiliging uitgeschakeld.
Een computer met een USB-connector
en internettoegang.
Opmerking: gebruik geen USB-harddisk.