operation manual

Contrastinstellingen
Contrastmodi
Met
Contrastmodi
stelt u het niveau van het energieverbruik in.
Het energieverbruik kan worden verminderd door de intensiteit
van de helderheid van het scherm te verlagen. Kies voor een
optimaal energieverbruik of een beeld met optimale helderheid.
Het niveau aanpassen . . .
1 - Druk op
, selecteer
Setup
en druk op
OK
.
2 - Selecteer
TV-instellingen
>
Beeld
>
Geavanceerd
>
Contrast
>
Contrastmodi
.
3 - Druk op
(rechts) en selecteer
Beste beeld
,
Beste
stroomverbr
,
Standaard
of
Uit
.
4 - Druk zo nodig enkele malen op
om het menu te sluiten.
Dynamisch contrast
Met
Dynamisch contrast
stelt u het niveau in waarmee de TV
automatisch de details verbetert in de donkere, halfdonkere en
lichte delen van het beeld.
Het niveau aanpassen . . .
1 - Druk op
, selecteer
Setup
en druk op
OK
.
2 - Selecteer
TV-instellingen
>
Beeld
>
Geavanceerd
>
Contrast
>
Dynamisch contrast
.
3 - Druk op
(rechts) en selecteer
Maximum
,
Medium
,
Minimum
of
Uit
.
4 - Druk zo nodig enkele malen op
om het menu te sluiten.
Perfect contrast
Met
Perfect contrast
stelt u het niveau in waarmee de TV
automatisch de details verbetert in de donkere, halfdonkere en
lichte delen van het beeld.
Het niveau aanpassen . . .
1 - Druk op
, selecteer
Setup
en druk op
OK
.
2 - Selecteer
TV-instellingen
>
Beeld
>
Geavanceerd
>
Contrast
>
Perfect contrast
.
3 - Druk op
(rechts) en selecteer
Maximum
,
Medium
,
Minimum
of
Uit
.
4 - Druk zo nodig enkele malen op
om het menu te sluiten.
Helderheid
Met
Helderheid
stelt u het helderheidsniveau van het
beeldsignaal in. Helderheid dient alleen te worden gebruikt door
deskundige gebruikers. We raden niet-deskundige gebruikers aan
om de helderheid aan te passen via de instelling
Contrast
.
Het niveau aanpassen . . .
1 - Druk op
, selecteer
Setup
en druk op
OK
.
2 - Selecteer
TV-instellingen
>
Beeld
>
Geavanceerd
>
Contrast
>
Helderheid
.
3 - Druk op
(rechts) en pas de waarde aan met
(omhoog)
of
(omlaag).
4 - Druk zo nodig enkele malen op
om het menu te sluiten.
Videocontrast
Met
Videocontrast
kunt u het videocontrastniveau verlagen. Als
u 3D-beelden bekijkt, wordt deze instelling overgeschakeld naar
3D-videocontrast
. Videocontrast en 3D-videocontrast dienen
alleen te worden gebruikt door deskundige gebruikers.
Het niveau aanpassen . . .
1 - Druk op
, selecteer
Setup
en druk op
OK
.
2 - Selecteer
TV-instellingen
>
Beeld
>
Geavanceerd
>
Contrast
>
Videocontrast
.
3 - Druk op
(rechts) en pas de waarde aan met
(omhoog)
of
(omlaag).
4 - Druk zo nodig enkele malen op
om het menu te sluiten.
Lichtsensor
Met
Lichtsensor
worden de beeld- en Ambilight-instellingen
automatisch aangepast aan de lichtomstandigheden in de kamer.
U kunt Lichtsensor in- en uitschakelen.
In- en uitschakelen . . .
1 - Druk op
, selecteer
Setup
en druk op
OK
.
2 - Selecteer
TV-instellingen
>
Beeld
>
Geavanceerd
>
Contrast
>
Lichtsensor
.
3 - Druk op
(rechts) en selecteer
Aan
of
Uit
.
4 - Druk zo nodig enkele malen op
om het menu te sluiten.
• Alleen voor TV's met lichtsensorfunctie.
Gamma
Met
Gamma
stelt u een niet-lineaire instelling in voor de
helderheid en het contrast van het beeld. Gamma dient alleen te
worden gebruikt door deskundige gebruikers.
Het niveau aanpassen . . .
1 - Druk op
, selecteer
Setup
en druk op
OK
.
2 - Selecteer
TV-instellingen
>
Beeld
>
Geavanceerd
>
Contrast
>
Gamma
.
3 - Druk op
(rechts) en pas de waarde aan met
(omhoog)
of
(omlaag).
4 - Druk zo nodig enkele malen op
om het menu te sluiten.
Scherpte-instellingen
Superresolutie
Met
Superresolutie
schakelt u een uiterst scherpe weergave van
lijnen en contouren in.
88