User manual
Projectorinstellingen veranderen 13
Beeldinstellingen
U kunt de onderstaande beeldinstellingen 
bekijken en veranderen.
Ingang
Beeld
Geluid
Projector
Systeem
Afbeeldingsmodus
Kleurtemperatuur
Helderheid
Contrast
Verzadiging
•  Afbeeldingsmodus: U kunt de projector 
instellen om de volgende beeldmodi te 
gebruiken, afhankelijk van uw kijkomgeving 
en persoonlijke voorkeur. Na een 
beeldmodus te hebben geselecteerd, kunt 
u de instellingen ervan aanpassen.
•  Standaard: Het beeld weergeven met 
normale niveaus voor helderheid, 
contrast, verzadiging, kleurtint en 
scherpte.
•  Levendig: Het beeld verscherpen door 
het contrast, de verzadiging en de 
scherpte te verhogen.
•  Film: De instellingen optimaliseren voor 
films.
•  Gebruiker: Uw eigen instellingen 
bepalen.
•  Kleurtemperatuur: U kunt de projector 
instellen om de volgende soorten 
kleurtemperaturen te gebruiken. Na 
een type kleurtemperatuur te hebben 
geselecteerd, kunt u de instellingen ervan 
aanpassen.
•  Koel: Het beeld meer blauwachtig 
maken.
•  Standaard: Een middelmatige 
kleurtemperatuur gebruiken.
•  Warm: Het beeld meer roodachtig 
maken.
•  Gebruiker: Uw eigen instellingen 
bepalen.
•  Helderheid: De totale helderheid van het 
scherm aanpassen.
•  Contrast: Het contrast aanpassen van de 
helderde en donkere delen van het beeld.
•  Verzadiging: De intensiteit aanpassen van 
de kleuren.
•  Kleurtint: De tint aanpassen van de kleuren.
•  Scherpte: De scherpte aanpassen van het 
beeld.
•  Rood-versterking: De versterking van rode 
kleuren aanpassen.
•  Groen-versterking: De versterking van 
groene kleuren aanpassen.
•  Blauw-versterking: De versterking van 
blauwe kleuren aanpassen.
•  Ruisonderdrukking: Schakel de 
ruisonderdrukking uit of stel het niveau 
ervan in op Laag, Midden of Hoog.
•  Reset naar standaard waarden: 
Selecteer Ja om alle bovengenoemde 
beeldinstellingen te resetten.
Geluidsinstellingen
U kunt de onderstaande geluidsinstellingen 
bekijken en veranderen.
Ingang
Beeld
Geluid
Projector
Systeem
Geluidsmodus
Outvoer
Volume
Lage tonen
Hoge tonen
•  Geluidsmodus: U kunt de projector instellen 
om de volgende geluidsmodi te gebruiken, 
afhankelijk van uw omgeving, audiotype of 
persoonlijke voorkeur.
•  Film: De hoge en lage tonen 
optimaliseren voor films.
•  Muziek: De hoge en lage tonen 
optimaliseren voor muziek.
•  Gebruiker: Stel de niveaus voor de hoge 
en lage tonen zelf in.
•  Uitgang: Het audio-uitgangstype van de 
projector selecteren.
•  Interne luidspreker: De interne 
luidspreker van de projector gebruiken 
als audio-uitgang.
•  ARC: Een HDMI™ ARC-compatibel 
apparaat gebruiken als audio-uitgang. 
Voor meer informatie over hoe u 
verbinding maakt met een dergelijk 
apparaat, zie Verbinden met een 
apparaat via HDMI™ ARC, pagina 
11.
•  Volume: Het volume van de projector 
aanpassen.
•  Lage tonen: Stel het niveau voor lage tonen 
in. Deze menu-optie is alleen beschikbaar 
wanneer de geluidsmodus is ingesteld op 
Gebruiker.
•  Hoge tonen: Stel het niveau voor hoge 
tonen in. Deze menu-optie is alleen 
beschikbaar wanneer de geluidsmodus is 
ingesteld op Gebruiker.










