Operation Manual

10 NL
Het batterijniveau controleren
Het batterijpictogram geeft het huidige
batterijniveau weer.
Wanneer de handset van het
basisstation/de lader is genomen, geven
de balkjes het batterijniveau aan (vol
tot bijna leeg).
Wanneer de handset zich op het
basisstation/de lader bevindt, blijven
de balkjes bewegen tot het opladen is
voltooid.
Wanneer de batterij leeg is, knippert dit
pictogram. Als u in een gesprek bent,
hoort u een waarschuwingstoon.
De batterij is bijna leeg en moet
worden opgeladen.
Tijdens een telefoongesprek hoort u
waarschuwingstonen wanneer de batterij bijna
leeg is. De handset schakelt uit wanneer de
batterij volledig leeg is.
Wat is de stand-bymodus?
De telefoon staat in de stand-bymodus wanneer
deze niet in gebruik is. In stand-bymodus toont
het scherm de tijd en datum en meldingen van
gemiste oproepen of berichten. Afhankelijk
van uw instellingen wordt er in de stand-
bymodus ook een screensaver weergegeven (zie
‘Schermbeveiliging’ op pagina 43). Het scherm
wordt gedimd of uitgeschakeld als de handset
niet in het basisstation of oplaadstation zit.
De signaalsterkte controleren
Het aantal balken duidt de
verbindingsstatus aan tussen de handset
en basisstation. Hoe meer balken er
worden weergegeven, hoe beter de
verbinding is.
Zorg ervoor dat de handset met het
basisstation is verbonden voordat u belt
of een gesprek aanneemt en de functies
gebruikt.
Als u tijdens een telefoongesprek
waarschuwingstonen hoort, is de batterij
van de handset bijna leeg of is de handset
buiten bereik. Laad de batterij op of
beweeg de handset in de richting van het
basisstation.