operation manual

7
Als er geen verbinding tot stand kan worden
gebracht, geeft de ouderunit een pieptoon
en verschijnt de afbeelding ‘geen bereik’ op
het beeldscherm.
4.1 De babyfoon plaatsen
B Waarschuwing:
Houd de babyunit buiten het bereik van de baby.
Plaats de babyunit niet in het bed of de box van
de baby, en bevestig de unit niet aan het bed of
de box.
D
Opmerking:
Als u een draadloze telefoon, draadloze video,
WiFi-netwerken, magnetron of Bluetooth
werkend op 2,4 GHz gebruikt en er storingen
optreden op de ouderunit of de babyunit,
plaats de ouderunit dan verder weg tot er geen
storingen meer optreden.
1 Zorg dat de babyunit ten minste 1 meter,
maar niet meer dan 1,5 meter van uw
baby verwijderd is, voor een optimale
geluidsdetectie.
3 Houd de aan/uitknop van de ouderunit
ingedrukt.
Het beeldscherm gaat aan en de afbeelding
‘verbinden’ verschijnt op het scherm.
Wanneer er een verbinding tot stand is
gebracht, wordt de baby weergegeven
op het beeldscherm en verschijnt het
signaalsterktesymbool.
E
Tip:
Ontdek wat de beste positie voor de
ouderunit is door te kijken naar het
signaalsterktesymbool. Het aantal streepjes
geeft de kwaliteit van de verbinding aan.
NEDERLANDS