Operation Manual
Mocht u tegen de verwachting in problemen hebben met de
bediening van uw videorecorder, dan kan dat ´e´en van de
onderstaande oorzaken hebben. U kunt echter ook de voor uw
land verantwoordelijke klantenservice opbellen.
De telefoonnummers vindt u in de bijgevoegde
garantie-informatie. Zorg ervoor, dat u het modelnummer
(MODEL NO) en het productienummer (PROD.NO) van de
videorecorder bij de hand heeft.
Het toestel reageert niet op het indrukken van toetsen:
• Geen stroomverzorging. Stroomverzorging controleren.
• Er loopt net een geprogrammeerde opname. Geprogrammeerde
opname met de
STANDBY/ON m -toets afbreken.
• Kinderslot geactiveerd. Kinderslot uitschakelen.
• Technische storing - stekker uit stopcontact en na 30 seconden
weer aansluiten. Als dit niet helpt kunt u:
1. De stekker uit stopcontact trekken.
2. De
STANDBY m -toets op het toestel ingedrukt houden terwijl
u de stekker weer in het stopcontact steekt.
3. Laat de toets weer los als in het display ’--:--’ of ’E1’ verschijnt.
Alle gegevens (TV-zenders, tijd, TIMER) worden gewist.
Cassette klemt:
• Geen geweld gebruiken. Stekker uit het stopcontact trekken,
weer aansluiten.
Afstandsbediening functioneert niet:
• Afstandsbediening niet op toestel gericht. De afstandsbediening
op het toestel richten.
• Technische storing. Batterijen eruit halen, ca. 10 seconden
wachten, batterijen weer terugplaatsen.
• Batterijen zwak. Batterijen vernieuwen.
Geen weergave van de videorecorder:
• Geen opname op de cassette. Cassette wisselen.
• Op het televisietoestel is het programmanummer voor de
videorecorder verkeerd ingesteld of gekozen. Op de televisie het
juiste programmanummer kiezen.
• Verbindingskabel tussen televisietoestel en videorecorder
onderbroken. Verbindingskabel controleren.
Slechte weergave van de videorecorder:
• Televisietoestel niet goed ingesteld.
• Cassette versleten of van slechte kwaliteit. Nieuwe cassette
gebruiken.
• Tracking niet goed ingesteld, videokoppen vervuilt. Lees in het
hoofdstuk ’WEERGAVE’ de paragraaf ’Beeldstoringen opheffen’.
Geen opname mogelijk:
• TV-zender niet geprogrammeerd of verkeerd gekozen.
Geprogrammeerde TV-zenders controleren.
• Cassette heeft opnamepreventie. Opnamepreventie opheffen.
Geprogrammeerde opname functioneert niet:
• TIMER-blok verkeerd geprogrammeerd. TIMER-blokken
controleren.
• Klok/datum is niet juist ingesteld. Klok/datum controleren.
• Cassette heeft opnamepreventie. Opnamepreventie opheffen.
Beeld-/geluidstoringen bij TV-ontvangst
• Lees in hoofdstuk BIJZONDERHEDEN de paragraven
’Ontvangststoringen opheffen - Modulator optimaal instellen’ en
’Modulator uitschakelen’.
• Laat uw antenne controleren.
8. VOORDAT U DE TECHNISCHE DIENST ROEPT
16