User manual

98
8.2.1 Spanningsmeting
- Kies met de draaiknop 8 van de TESTFOX M/ M-1 de gewenste instelling
(V AC) of (V DC).
- Het zwarte veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de COM-contactbus J van
de TESTFOX M/ M-1.
- Het rode veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de contactbus V, Ω, , Hz 9
van de TESTFOX M/ M-1.
- Leg de meetpennen van de veiligheidsmeetsnoeren aan de meetpunten
van het circuit en lees de gemeten waarde af in het display van de
TESTFOX M/ M-1.
Zie g. 2: meten van gelijkspanning.
Zie g. 3: meten van wisselspanning.
8.2.2 Stroommeting ( TESTFOX M-1)
- Kies met de draaiknop 8 van de TESTFOX M-1 de gewenste instelling (A
AC) of (A DC).
- Het zwarte veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de COM-contactbus J van
de TESTFOX M-1.
- Het rode veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de contactbus V, Ω, , Hz 9
resp. met de contactbus voor de 10 A-bereik K (gelijk- of wisselstroom tot
10 A) van de TESTFOX M-1
- Leg de meetpennen van de veiligheidsmeetsnoeren aan de meetpunten
van het circuit en lees de gemeten waarde af in het display van de
TESTFOX M-1.
Zie g. 4: meten van gelijkstroom. ( TESTFOX M-1)
Zie g. 5: meten van wisselstroom. ( TESTFOX M-1)
8.3 Weerstandsmeting
- Kies met de draaiknop 8 van de TESTFOX M/ M-1 de gewenste instelling
(Ω).
- Het zwarte veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de COM-contactbus J van
de TESTFOX M/ M-1.
- Het rode veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de contactbus V, , , Hz 9
van de TESTFOX M-1
- Leg de meetpennen van de veiligheidsmeetsnoeren aan de meetpunten
van het circuit en lees de gemeten waarde af in het display van de
TESTFOX M/ M-1.
Zie g. 6: weerstandmeting
8.4 Diodencontrole
- Kies met de draaiknop 8 de gewenste instelling ( ) van de
TESTFOX M/ M-1.
- Het zwarte veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de COM-contactbus J van
de TESTFOX M/ M-1.
- Het rode veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de contactbus V, , , Hz 9
van de TESTFOX M/ M-1.
- Leg de meetpennen van de veiligheidsmeetsnoeren aan de aansluitpunten
van de diode en lees de gemeten waarde af in het display van de
TESTFOX M/ M-1.
- Voor een normale, in stroomrichting gemonteerde Si-diode wordt een
stroomspanning tussen 0,400 V tot 0,900 V aangegeven. De aanduiding
“000” wijst op een kortsluiting in de diode, de aanduiding “OL” geeft een
onderbreking in de diode aan.
- Bij een in sperrichting gemonteerde diode wordt ”OL” aangegeven. Bij een
defecte diode wordt “000” of een andere waarde aangegeven.
Zie g. 7: diodecontrole
8.5 Doorgangstest met akoestisch signaal
- Kies met de draaiknop 8 de gewenste instelling ( ) van de
TESTFOX M/ M-1.
- Het zwarte veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de COM-contactbus J van
de TESTFOX M/ M-1.
- Het rode veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de contactbus V, , , Hz 9
van de TESTFOX M/ M-1.
- Leg de meetpennen van de veiligheidsmeetsnoeren aan de meetpunten
van het circuit. Indien de gemeten weerstand in het circuit tussen de COM-
contactbus J en de contactbus voor V, , , Hz 9 25 Ω kleiner is, wordt
een akoestisch signaal afgegeven.
Zie g. 8: doorgangstest met zoemer.
10/ 2008
TESTFOX M/ M –1