Referentiehandleiding CLEAN / CLEAN PLUS — 1
De informatie in dit document is onderhevig aan verandering zonder voorafgaande kennisgeving en vormt geen verplichting voor Pinnacle Systems GmbH. Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Pinnacle Systems GmbH mag niets van deze uitgave worden verveelvoudigd, bewerkt en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, magnetische media of op welke andere wijze dan ook. Alle product- en bedrijfsnamen zijn handelsmerknamen van het type ™ of ® van hun respectievelijke eigenaars.
Inhoudsopgave 4 8 11 12 13 25 29 31 34 39 Voorwoord CLEAN gebruiken De IntelliAssistent Het venster CLEAN De tracklijst Opname- en afspeelvolume instellen De vier Effect-gedeelten Het gedeelte Restauratie Het gedeelte Optimalisering Het gedeelte Mastering 42 44 46 49 50 52 54 59 66 68 82 84 90 92 95 Het gedeelte Surround De Equalizer Het scherm Golfvorm Beschikbare ruimte op de harde schijf De tracks verwerken Maximumniveau door normaliseren Een cd-r opnemen Een dvd opnemen Cd-labels/dvd-labels maken Lab
Voorwoord Welkom en hartelijk dank dat u besloten hebt CLEAN of CLEAN PLUS te gebruiken. Door CLEAN/CLEAN PLUS, uw pc en cd-recorder te gebruiken, kunt u uw persoonlijke audio-cd of MP3-cd (gegevens-cd) maken van andere cd-, vinyl- of cassetteopnamen. CLEAN biedt u gebruiksvriendelijke geoptimaliseerde tools van hoge kwaliteit waarmee u de audio kunt samenstellen en zelfs professioneel restaureren. De software van beide producten is identiek.
Om deze reden bevat de CLEAN-phono-voorversterker een speciale phono-ingang, net als hi-fi-versterkers. Daarnaast is deze ingang, die de voorversterking biedt, voorzien van een speciale equalizer die voor opnameweergave is geoptimaliseerd. De equalizer compenseert het effect van de “verbogen” frequentiekenmerken van de plaat door de signaalcomponenten hoge tonen en lage tonen afzonderlijk te versterken.
Het geluid is vervormd Het jarenlang luisteren naar cd’s hebben ons gehoor getraind om gevoelig te reageren op vervormingen. Sommige vervormingen die zich voordoen wanneer u platen afspeelt zijn inherent aan het medium zelf. De arm van de pick-up heeft lang niet altijd een strikt rakende positie ten opzichte van de plaatgroef. Daarnaast wordt de groefruimte minder naar het midden van de plaat. De fysieke omstandigheden kunnen niet worden gewijzigd.
❐ Let op: De testtonen zijn erg luid. Controleer of het volume is teruggezet naar het minimum op uw controlesysteem voordat u deze tonen laadt en afspeelt. Doe dit om zorg te dragen voor uw luidsprekers, uw oren en de goede relatie met uw buren. U kunt de functie voor oneindig afspelen in CLEAN gebruiken voor continue weergave, dan hoeft u het afspelen niet steeds opnieuw te starten. Terwijl u een van de testtonen start, kunt u het niveau van uw gehele systeem aanpassen.
CLEAN gebruiken In dit gedeelte krijgt u een algemeen overzicht over hoe u CLEAN in de pratijk moet gebruiken. Het bevat tevens kruisverwijzingen naar de gedeelten die de informatie over het overeenkomstige onderwerp bevatten. Het basisconcept achter CLEAN is dat u aan een cd-project werkt. Om CLEAN te gebruiken, moet u derhalve eerst een nieuw project maken of een project laden dat u eerder hebt opgeslagen. Een project is een bestand dat de volledige gegevensset bevat van de cd die u wilt gaan maken.
• U kunt de tracks nu afspelen, een naam geven, sorteren en de tijd van het gat (de lengte van de pauze tussen twee tracks) bepalen. Lees voor meer informatie pagina 19 (afspelen), pagina 17 (een naam toekennen en gattijd) en op pagina 17 (sorteren). • U kunt de lengten van tracks verkorten en een fade-in en/of fade-out voor elke track definiëren. Lees hiervoor “De tracklengte instellen – De start- en eindmarkeringen ”, pagina 46. en “De markeringen fade-in en fade-out”, pagina 47.
• U wilt uw favoriete muziek in MP3-formaat omzetten? Een fluitje van een cent met CLEAN. Of u nu vanaf cd, plaat of cassette opneemt, uw eigen muziek verwerkt of geïmporteerde MP3-bestanden: CLEAN kan alles in een MP3-bestand omzetten en ondersteunt een keur aan verschillende kwaliteitsniveaus . Meer informatie vindt u in het gedeelte “Audio naar MP3-formaat exporteren”, pagina 90.
De IntelliAssistent Deze intelligente assistent helpt u actief de juiste instellingen vast te leggen en voert automatisch het verwerken en opnemen op CD uit. Hiermee behaalt u snel en eenvoudig goede resultaten. Ga als volgt te werk: 1. Klik op de knop IntelliAssistent om het dialoogvenster IntelliAssistent op te roepen. Klik op deze knop… om dit venster op te roepen. Gebruik deze schuifbalk om het zichtbare deel van het dialoogvenster omhoog of omlaag te bewegen.
Het venster CLEAN Het venster CLEAN is in een aantal verschillende gebieden onderverdeeld. Ze vertegenwoordigen de grote functionele groepen binnen het programma. De belangrijkste hiervan zijn: de tracklijst, de gebieden Restauratie, Optimalisering, Mastering en Surround en het scherm Golfvorm. Deze worden op de volgende pagina’s van deze handleiding beschreven.
De tracklijst Auteursnaam Tracknummer cd Lijstgegevens Van links naar rechts: Audiobestand laden, Track verwijderen, Wissen track en Oneindig Tracktijd Tracktitel Lengte van pauze Categorie bronmedium Schuifbalk om het zichtbare gedeelte van de lijst omhoog of omlaag te schuiven Links: Audio-cd branden Midden: Gegevens-cd branden Rechts: Dvd branden Transportbesturing, links naar rechts: Vorige track, Terugspoelen, Stop, Afspelen, Versneld vooruitspelen, Volgende track, Opnemen De tracklijst bevind
Tracks vanaf de harde schijf importeren CLEAN kan audiobestanden in de formaten WAV- en MPEG1-Layer3 (over het algemeen “MP3” genoemd) importeren. CLEAN kan bestanden met een resolutie van 16 bits en bemonsteringsfrequenties tussen 22.050 kHz en 96 kHz lezen. Het programma zet de bestanden automatisch om in het standaardformaat voor cd’s (16 bits, 44.1 kHz). MP3-bestanden worden automatisch in WAV-formaat omgezet.
Slepen en neerzetten U kunt ook slepen en neerzetten (drag & drop) gebruiken om WAV- en MP3-bestanden vanaf het Bureaublad, het venster “Deze computer” of Windows Verkenner naar de tracklijst te slepen: • Vind het gewenste bestand, klik erop en sleep het naar de tracklijst terwijl u de muisknop ingedrukt blijft houden. MP3-bestanden worden automatisch geconverteerd. ❐ Projectbestanden kunnen ook via slepen en neerzetten worden geopend, zie pagina 92.
2. Selecteer het cd-romstation waarvandaan u de audiotracks wilt kopiëren in het popup menu aan de linkerkant van het dialoogvenster. Indien er slechts een cd-romspeler in uw computersysteem is geïnstalleerd, kunt u natuurlijk alleen dit station hier selecteren . 3. Plaats een audio-cd in het geselecteerde station. De tracks op de cd worden weergegeven in een lijst in het midden van het dialoogvenster . 4. Selecteer een of meerdere tracks om naar uw harde schijf te importeren door erop te klikken.
De gegevens in de tracklijst wijzigen Zo kunt u de gegevens Auteur, Titel en Pauze in de tracklijst wijzigen: • Dubbelklik op het gegeven dat u wilt bewerken, voer de gewenste gegevens in met uw toetsenbord en bevestig dit door op de toets [Return] te drukken. Standaard pauzetijd is 2 seconden (de lengte van de pauze tussen twee tracks op de cd). U kunt dit in een waarde tussen 0 en 4 wijzigen. Hogere waarden zullen automatisch in 4 seconden worden verbeterd .
Een track uit de tracklijst verwijderen Wanneer het afspelen is gestopt, kunt u een track uit de tracklijst verwijderen zonder het WAV-bestand van uw harde schijf te wissen. • Selecteer het bestand in de lijst, klik daarna op de knop “Verwijderen” onder de tracklijst of druk op de toets [Delete] op uw toetsenbord. Een track wissen U kunt een track en het WAV-bestand ook uit de tracklijst verwijderen en het WAV-bestand van uw harde schijf wissen.
Functies voor opnemen en afspelen ❐ Om de functies voor opnemen en afspelen te gebruiken, moet u eerst een project maken of er eentje van de schijf laden. Behalve de knop Opnemen werken deze knoppen in principe op dezelfde manier als de knoppen op uw cassetterecorder of cd-speler. Hier volgt een overzicht van wat elke knop doet: Deze knop heet: Stop Als u erop klikt… …stopt het afspelen. Afspelen …begint het afspelen. Terugspoelen …verplaatst u de huidige afspeelpositie terug in de tijd.
Het dialoogvenster Opnemen Het dialoogvenster Opnemen wordt geopend wanneer u op de knop Opnemen klikt. Het opnemen van elk willekeurig analoog geluid van plaat, audiocassette enzovoort wordt in dit dialoogvenster gedaan. Hier vindt u knoppen om de eigenlijke opname te starten of te stoppen en een knop Pauze om CLEAN in de modus “gereed voor opname” te zetten. U kunt ook regelen of de opname automatisch moet starten of stoppen zodra het ingangssignaal onder een bepaald niveau komt of dat niveau behaalt.
De volgende tabel somt alle functies in het dialoogvenster Opnemen op: Ingangsniveaume- Deze twee “LED”-meters geven het signaalniveau weer dat de ters ingang van CLEAN bereikt. U kunt het ingangsniveau het best zo instellen dat niveaupieken het gele “LED”-gebied bereiken maar nooit het rode segmenten boven. Is het signaal te laag, dan zult u ruis opnemen. Als het hoog is zal het erg clippen en niet goed klinken.
Opnamelengte (h:mm) Deze functie is actief indien aan de linkerkant van het pop-up menu een vinkje zichtbaar is. In plaats van de functie AutoStop (zie hieronder te gebruiken) om te stoppen met opnemen, kunt u een waarde in dit vak invoeren waarna het opnemen automatisch wordt gestopt. U kunt een opnameduur in uren en minuten instellen. De maximale lengte is twee uur. Deze functie is niet beschikbaar als u AutoStop vertragen hebt geactiveerd.
1. Open het venster Deze computer op het bureaublad van Windows om dit te controleren. 2. Open de map Configuratiescherm en dubbelklik op het pictogram Geluiden en audioapparaten. Het dialoogvenster Eigenschappen voor Geluid en audioapparaten (Sound and Audio Devices Properties) verschijnt. Het dialoogvenster ziet er bijvoorbeeld zoals hierboven uit. 3. Selecteer de tabkaart “Audio” (die normaal gesproken meteen zichtbaar is) en controleer wat geselecteerd is in het pop-up menu “Standaardapparaat”.
Het dialoogvenster Geluidskaart Dit dialoogvenster wordt gebruikt om de ingangen en uitgangen te selecteren van de geluidskaart die u met CLEAN gebruikt en waaraan u een externe analoge geluidsbron zoals de combinatie van platenspeler en HiFiversterker en uw geluidcontrolesysteem. Hebt u CLEAN PLUS, dan kunt u de phono-voorversterker hier als gesluidskaart selecteren. De geluidskaart wordt gebruikt voor conversie van analoog naar digitaal.
Opname- en afspeelvolume instellen Opnamevolume Wanneer u CLEAN gebruikt om geluid op uw harde schijf op te nemen, gebeurt er dit: • Het geluidssignaal van een externe bron (zoals de phono-voorversterker) komt aan bij de ingang van uw geluidskaart waar het van een analoog in een digitaal signaal wordt omgezet.
Ingangsniveauregelaars en weergave in CLEAN’s dialoogvenster Opnemen. Voordat u CLEAN gebruikt voor het opnemen van vinyl of cassette, moet u de instellingen van de opnameregeling van uw geluidskaart instellen. De geluidsbron en instellingen voor het opnameniveau zijn van groot belang voor een succesvolle opname. Ga als volgt te werk: 1. Open de toepassing Mixer van uw geluidskaart: In het menu Start in het submenu Programma’s selecteert u Bureau-accessoires.
3. In het gedeelte “Volume aanpassen voor” van het dialoogvenster, activeert u de optie Opnemen en klikt u op “OK“. Het dialoogvenster Opnameregeling (Recording Control) verschijnt. 4. Specificeer de geluidsbron door het selectievakje Selecteren in het gedeelte Line In van het dialoogvenster aan te vinken. Gebruik de regelaar in dit gedeelte om het opnameniveau nauwkeurig vooraf in te stellen. U kunt deze instelling later binnen het programma fijn afstemmen. 5.
Afspeelvolume CLEAN’s “uitgangs”regelaars besturen het afspeelvolume, oftwel het volume dat eigenlijk via de uitgang van uw geluidskaart wordt uitgevoerd. Het eigenlijke opgenomen niveau van het bestand op uw harde schijf blijft ongewijzigd tenzij u het verandert door het verwerken van de trackgegevens. Wanneer u een van de twee regelaars van het “uitgangsregelaarpaar beweegt, dan zal de andere regelaar automatisch volgen.
De vier Effect-gedeelten CLEAN heeft vier verschillende effectgedeelten: Restauratie, Optimalisering, Mastering en Surround. Vier tabbladen, die sterk lijken op die in veel dialoogvensters in Windows, zijn zichtbaar boven aan het venster CLEAN. Gebruik deze tabs om het bovenste rechterdeel van het venster om te schakelen zodat een van de vier effectgebieden wordt weergegeven. De vier tabbladen Gebruik deze knop om alle effecten aan of uit te zetten.
Zaken die de effecten gemeen hebben Alle CLEAN-effecten combineren extreem makkelijke bediening met uitstekende kwaliteit.
Het gedeelte Restauratie Knoppen modus Beluisteren Menu AutoClean en knop Stereoknop Alle effecten aan/uit & High Quality aan/uit Waarde vakken Knoppen voor aan/uit & regelaars effectintensiteit Het gedeelte Restauratie • Klik op het tabblad Restauratie om dit gedeelte zichtbaar te maken. Het gedeelte Restauratie bevat zeven effecten. U kunt de eerste vijf effecten gebruiken om klikken, gekraak, achtergrondruis, vooraf ingestelde ruis en sisklanken te bestrijden.
DeClicker DeClicker verwijdert afzonderlijke korte klikken, zoals ze vaak op vinylplaten voorkomen. Zulke klikken kunnen ook tijdens het opnemen voorkomen. Dan worden ze vaak veroorzaakt door digitaal uitvallen of door elektrische apparaten (koelkasten, neonbuizen en dergelijke) die op hetzelfde elektrische circuit zijn aangesloten. DeCrackler Anders dan de DeClicker richt de DeCrackler zich op voortdurend gekraak op de achtergrond.
DeEsser DeEsser kunt u gebruiken om sisklanken te verwijderen die op sommige opnamen van vinylplaten en cassettes voorkomen. Gebruik de modus Beluisteren om na te gaan of u geen delen van het bruikbare signaal verwijdert. DeRumbler Deze subsonische filter sluit frequenties onder 20 Hz en daarmee de ruis af die door de grammofoonnaald en groef wordt veroorzaakt wanneer een plaat wordt afgespeeld.
Het gedeelte Optimalisering Stereoknop De regelaars Alle effecten aan/uit & High Quality aan/uit Knoppen aan/uit Waarde -vakken Twee slots voor VST plug-ins. Elementen van elke slot van links naar rechts: Knop aan/uit, pop-up menu, knop Bewerken, naamvak Het gedeelte Optimalisering • Klik op de tab Optimalisering om dit gedeelte zichtbaar te maken. Het gedeelte Optimalisering kan tot acht effecten bevatten.
Brilliance Dit effect voegt tweede en derde harmonische tonen toe aan het geluid dat u er mee wilt verwerken. Het breidt daarmee de harmonische inhoud van het geluid uit, dat briljanter zal klinken en beter te horen zal zijn.
1. Selecteer in CLEAN’s tracklijst het bestand waarvan u het geluid wilt verbeteren. 2. In het gedeelte Optimalisering activeert u het Sound Morph-effect door op de knop Aan/Uit te klikken zodat deze oplicht. Klik daarna op de knop “E” (voor Bewerken) op de regelaar van Sound Morph. 3. Een dialoogvenster verschijnt. Er is een pop-up menu aan de linkerkant. Hier moet u een bron voor de geluidsanalyse selecteren.
Reverb Dit effect simuleert het afspelen van een track in een kamer. De verdeling tussen het oorspronkelijke signaal en het kamersignaal blijft altijd dezelfde. Wat u verandert door de regelaar te gebruiken is de grootte en het type kamer en daarmee de echo-effecten. Car Sim(ulation) Dit effect kunt u gebruiken om tracks te verwerken zodat ze beter klinken wanneer ze in een stereosysteem van een auto worden afgespeeld.
2. Klik op de knop “E” om het venster Bewerken van de plug-in op te roepen waar u de gewenste instellingen kunt doen. De meeste VST plug-ins hebben hun eigen Bewerken-venster, slechts een paar programma’s hebben dit niet. Voor het laatstgenoemde type maakt CLEAN een simpel bewerkingsdialoogvenster.
Het gedeelte Mastering Knoppen Aan/Uit Stereoknop De regelaars Waarde -vakken Alle effecten Aan/Uit & High Quality Aan/Uit Multibandcompressor Soloknoppen Het gedeelte Mastering In de professionele muziekbranche heet het proces van optimaliseren en afronden van audio voordat die naar de productie gaat, Mastering. • Klik op het tabblad Mastering om dit gedeelte zichtbaar te maken. Het gedeelte Mastering heeft vijf effecten.
Phase Correction Dit is vooral handig wanneer u tracks van oude cassettes opneemt. Is de hoek tussen uw cassetterecorderkop en het bandje (azimut) niet correct aangepast, dan lijdt het afspeelsignaal daaronder. Het is of sterk op een kanaal en zwak op het andere, heeft onvoldoende hoge tonen of de hoge tonen verdwijnen af en toe. Probeer dit effect om het materiaal dat u hebt te verbeteren. Het verricht geen wonderen maar het kan de kwaliteit helpen verbeteren.
Loud(ness) Max(imizer) Dit is een zeer speciaal effect. U kunt het gebruiken om het gemiddelde volume van een opname te vergroten. Stel, u hebt een track opgenomen die muziek met een breed dynamisch bereik bevat. Dat wil zeggen, de muziek bevat een aantal zeer luide gedeelten, maar ook zeer lage gedeelten. Tijdens het opnemen moet u zeer voorzichtig zijn dat de paar luide pieksignalen geen vervorming veroorzaken. Nu hoort u dat, vergeleken met de pieken, de rest van de muziek niet luid genoeg is.
Het gedeelte Surround Het gedeelte Surround • Klik op het tabblad Surround rechtsboven in het venster CLEAN om dit venster weer te geven. Net als alle veelgebruikte Surround-formaten, doelt CLEAN’s Surround-formaat op een linker-, rechter en middenluidspreker, die allen via een afzonderlijk kanaal worden bestuurd. In stereoformaat, creëren de twee luidsprekers links en rechts overigens ook een “spooksignaal vooraan in het midden”.
Het gedeelte Surround gebruiken De hierna omschreven instellingen kunnen worden gebruikt om Surroundafspelen aan te passen aan uw afzonderlijke bewakingsinstelling. Het is tenslotte niet ongebruikelijk dat speakers om praktische redenen niet in de optimale plaatsen kunnen worden geplaatst. Met de hier genoemde methode kan daarmee rekening worden gehouden. 1. Schakel het gedeelte Surround in. De knop bevindt zich linksboven in het gedeelte Surround. 2.
De Equalizer CLEAN bevat een 8-bands grafische equalizer met vijftien vaste presets en vijftien door de gebruiker te definiëren instellingen. De equalizer bevindt zich in het midden van het venster CLEAN onder de IntelliAssistent. U kunt acht van de filterbandbreedten afzonderlijk instellen. Door een van de handvatten omhoog of omlaag te bewegen, verhoogt of verlaagt u het niveau van de overeenkomstige frequentiebandbreedte binnen het gehele signaal met tot +/- 12 dB.
Een preset voor Equalizer maken Ga als volgt te werk om uw eigen preset te maken: 1. Activeer de equalizer door op de knop “Equalizer” te drukken. 2. Start het afspelen en beweeg de Equalizer-regelaars omhoog of omlaag totdat het geluid goed klinkt. 3. Dubbelklik op het naamvak rechts van de knop “X” en geef uw preset een naam. 4. Klik op de pictogramknop “Return”. Het rechterdeel van het pop-up menu wordt geopend . 5. Klik op de gewenste plek waar uw nieuwe preset moet komen.
Het scherm Golfvorm Fade-in-markering (boven) Startmarkering (onder) Het scherm Golfvorm Fade-out-markering (boven) Eindmarkering (onder) Regelaar voor verplaatsen van zichtbare deel van scherm Golfvorm Besturing, bovenste rij van links naar rechts: Huidige tracktijd, Uitzoomen, Inzoomen, Fade-in, Fade-out, audio-editor WaveLab Lite openen, Analyseknop Automarkering, Nieuwe markering, Markering verwijderen, functie Tracks maken.
❐ De start- en eindmarkeringen verdwijnen zodra een geïmporteerde track of een die u met CLEAN hebt opgenomen, verwerkt is of handmatig op de status “Gereed” is gezet - zie “De tracks verwerken”, pagina 50. Hebt u handmatig een track op de status “Gereed” ingesteld door met de rechtermuisknop op diens tracknummer te klikken, dan worden de instellingen voor markeringen en fade-in/fade-out niet gebruikt omdat er niets is verwerkt.
Zoom – De grootte van de weergegeven golfvorm wijzigen • Indien nodig kunt u deze twee knoppen gebruiken om in of uit te zoomen in het scherm Golfvorm. Als alternatief kunt u tevens de toetsen [+] en [-] op uw toetsenbord gebruiken. Als u een hoge vergrotingsfactor hebt ingesteld, dan kan de golfvorm niet volledig zichtbaar zijn in het scherm Golfvorm. U kunt dan de schuifbalk onder het scherm gebruiken om het zichtbare gedeelte van de golfvorm te verplaatsen .
Markeringen kunt u ook met de hand invoegen (met de muis of door op de knop [Insert] te drukken), verplaatsen (met de muis) en verwijderen (door met de rechtermuisknop erop te klikken). Markeringen in het scherm Golfvorm. De laatst geselecteerde markering is aan de rechterkant. Beschikbare ruimte op de harde schijf Het scherm informeert u over hoeveel ruimte u over hebt op uw harde schijf.
De tracks verwerken Voordat u uw keuze aan tracks in een audio-cd kunt omzetten, moet CLEAN de effectinstellingen berekenen die u hebt gemaakt en een nieuw audiobestand maken dat deze instellingen bevat. Er is slechts een uitzondering: wilt u ongewijzigde tracks op cd-r branden, dan kunt u ze handmatig op de status “Gereed” instellen. Alle tracks die gereed zij om te worden opgenomen op een cd hebben een groen tracknummer.
Het scherm Verwerkingstijd Tijdens het verwerken informeert het scherm u erover hoe lang het ongeveer zal duren totdat CLEAN het verwerken van de huidige track heeft voltooid. Huidige tijd en Resterende tijd CD-R Deze twee schermen onder in het venster CLEAN moeten u een overzicht van het huidige project geven. • • • Het scherm “Huidige tijd” toont de totale tijd van alle tracks die op dit moment in de tracklijst staan.
Maximumniveau door normaliseren Terwijl analoge systemen meestal een redelijk tolerant gedrag vertonen als ze worden gevoed met signaalpieken hoger dan 0 dB, reageert een digitaal systeem om technische redenen op niveaus boven 0 dB door het vormen van zeer onprettige vervormingen. Deze vervormingen worden digitaal clippen genoemd. Digitale opnamen met een erg laag niveau lijden daarentegen aan een lage resolutie en daarom aan achtergrondruis.
Een of alle tracks normaliseren Ga als volgt te werk om een track in uw tracklijst te normaliseren: 1. Selecteer de gewenste track in de tracklijst door erop te klikken. De overeenkomstige regel in de tracklijst wordt gemarkeerd . 2. Selecteer “Geselecteerde track normaliseren” in het menu Normaliseren. Er verschijnt een dialoogvenster waar u de handeling kunt bevestigen door op “Ok” te klikken of kunt annuleren door op “Nee” te klikken. Klikt u op “Ok”, dan begint de berekening onmiddellijk .
Een cd-r opnemen CLEAN biedt twee verschillende cd-formaten voor het opnemen: audio-cd en gegevens-cd. • • Cd’s in audioformaat bevatten audiogegevens – zoals muziek – en kunnen in muziek-cd-spelers of cd-romstations worden afgespeeld. Gegevens-cd’s in ISO-formaat (dit zijn cd-roms) kunnen verschillende gegevensformaten bevatten, zoals MP3-bestanden. Het grappige is dat de bestanden ook audiobestanden kunnen zijn.
Een gegevens-cd maken Ga als volgt te werk: 1. Selecteer “Gegevens-cd schrijven…” in het menu Cd. Het overeenkomstige dialoogvenster wordt geopend. 2. Gebruik de knoppen aan de onderkant van het dialoogvenster om de gewenste bestanden toe te voegen. 3. Wilt u de bestanden in de tracklijst toevoegen, klik dan op de knop “Project ophalen”. Dit wijzigt het cd-formaat niet in Mixed mode. In plaats daarvan worden de bestanden gewoon als computerbestanden toegevoegd.
Het dialoogvenster “Write virtual Disc“ Selecteert u “Muziek-cd-r schrijven…” in het menu Cd, dan verschijnt het dialoogvenster “Cd-tekst”. Hier kunt u een cd-titel en de naam van de artiest invoeren. Klik op “OK” als u hiermee klaar bent. Het dialoogvenster “Write virtual Disc” wordt weergegeven. U kunt het ook openen door op de knop “Branden” in het dialoogvenster “Gegevens-cd schrijven…” te klikken. Hier kunt u alle instellingen voor de op te nemen cd instellen.
Instelling Omschrijving Write Het schrijfproces van de cd wordt gestart. Close Het dialoogvenster wordt gesloten. Settings Dit opent een dialoogvenster waar u instellingen voor uw cdrecorder kunt instellen. De inhoud van dit dialoogvenster hangt af van de gebruikte cd-recorder. Disc-Info Ligt er een cd in de cd-recorder, dan kunt u dit item gebruiken om informatie over de grootte en beschikbare ruimte te krijgen.
Het dialoogvenster “Cd-info en branderinfo“ Selecteert u “Cd-info…” in het menu Cd, dan verschijnt het dialoogvenster “Cd-info en branderinfo”. In het linkergedeelte van het dialoogvenster vindt u informatie over het medium in uw cd-recorder. Het aantal tracks en sessies evenals de vrije ruimte op de harde schijf wordt hier weergegeven. In het rechtergedeelte van het dialoogvenster vindt u informatie over de geselecteerde cd-recorder.
Een dvd opnemen Met CLEAN kunt u ook dvd’s in DVD Video-formaat opnemen. Hebt u alle bestanden in uw huidige project voorbereid met de functies voor verwerken en mogelijk normaliseren, of als u ze niet hebt verwerkt en daarentegen handmatig op de status “Gereed” hebt ingesteld, kunt u ze op dvd opnemen. • Klik hiervoor op de knop Dvd onder de tracklijst. De menu-editor voor Dvd wordt geopend. Via dit dialoogvenster kunt u de menustructuur en het menuontwerp van de dvd bewerken.
Een menusjabloon selecteren Een aanzienlijk aantal kant-en-klare menusjablonen voor dvd kan “kant-enklaar” worden geselecteerd. U kunt ze ook bewerken en als uw eigen sjabloon opslaan. Sjablonen in het selectiegedeelte Klik op het gloeilamppictogram. De sjablonen worden in het selectiegedeelte van het dialoogvenster weergegeven. Klik op een sjabloon om het te selecteren. Het zichtbare gedeelte van het selectiegedeelte kan worden verplaatst.
Een knopvorm selecteren U kunt tevens knopvormen selecteren: De knopvormsjablonen in het selectiegedeelte. Klik op het derde pictogram van boven om de knopvormsjablonen weer te geven en te selecteren in het selectiegedeelte. Het zichtbare gedeelte van het selectiegedeelte kan worden verplaatst. Klikt u op een knopvormsjabloon, dan wordt die in het selectiegedeelte gemarkeerd en de knoppen in het gedeelte Beeld krijgen de nieuwe vorm.
Tekststijlen, lettertypen en tekengrootten selecteren De teksttijl van een geselecteerde sjabloon kan natuurlijk door een andere worden vervangen: De textstijlsjablonen in het selectiegedeelte. Klik op het vierde pictogram van boven om de teksttijlsjablonen weer te geven en te selecteren in het selectiegedeelte. De pop-up menu’s onder het selectiegedeelte kunnen worden gebruikt om andere lettertypen en tekengrootten te selecteren. Het zichtbare gedeelte van het selectiegedeelte kan worden verplaatst.
Uw eigen sjablonen opslaan Hebt u uw eigen sjabloon voltooid, sla het dan op via “Sjabloon opslaan…” in het pop-up menu Geavanceerd (rechtsonder in het dialoogvenster Dvd Menu-editor). Uw sjablonen worden ook in de sjabloonverzameling weergegeven en kunnen daar worden geselecteerd. DVD-titel • Om uw compilatie een naam te geven, klikt u in het vak “DVD titel” boven aan de linkerkant van het dialoogvenster en typt u de gewenste titel in.
De dialoogvensters Video-instellingen, DVD instellingen en Brandinstellingen Boven aan het dialoogvenster DVD Menu-editor vindt u drie knoppen. Door op een van deze knoppen te klikken, kunt u het bijbehorende dialoogvenster openen: • In het dialoogvenster Video-instellingen zijn de volgende opties beschikbaar: Optie Resultaat wanneer optie wordt geactiveerd Infotekst weergeven (artiest, album Tekstinformatie wordt weergegeven tijdens het afenzovoort) spelen van de dvd.
• In het pop-up menu TV-type in het dialoogvenster DVD instellingen kunt u een televisiestandaard (PAL of NTSC) voor uw dvd selecteren. • In het dialoogvenster Brandinstellingen kunt u de gebruikelijke instellingen doen. Opname starten Hebt u alle benodigde instellingen gedaan en is er een lege dvd-r in uw dvd-recorder, dan kunt u nu beginnen met opnemen. • Klik hiervoor op de knop “Dvd branden!” rechtsonder aan het dialoogvenster Dvd Menu-editor.
Cd-labels/dvd-labels maken Met Labeleditor kunt u uw eigen labels voor uw projecten ontwerpen en afdrukken. U kunt afzonderlijke lay-outs voor de voorkant, binnenkant, achterkant en disklabels maken. Zowel tekstinformatie als een keur aan formaten voor afbeeldingsbestanden kunnen worden geïmporteerd en op verschillende manieren worden bewerkt. Over variabelen en sjablonen (templates) Elk project heeft een standaardset “variabelen”, tekst die bestaat uit een korte codereeks plus een waarde.
Een sjabloon selecteren Voordat u Labeleditor opent, selecteert u een sjabloon. Zoals eerder vermeld bieden sjablonen sommige informatie die op het huidige project is gebaseerd en hebben ze kant-en-klare lay-outs: 1. Open het project waarvoor u cd- of dvd-labels wilt maken. 2. Selecteer de optie “Labeleditor” uit het menu Opties. 3. Er verschijnt een dialoogvenster waarin u een sjabloon voor uw project kunt selecteren.
Labeleditor gebruiken Labeleditor geeft altijd een van drie verschillende beelden of pagina’s weer: de label voor de voorkant, achterkant of cd. U schakelt tussen deze pagina’s over door het selecteren van de bijbehorende tabbladen in het menu/op de werkbalk. De lay-out is geheel onafhankelijk voor elke pagina. • Let op: de voorkant kan enkel- of dubbelzijdig zijn. Deze optie wordt ingesteld in het dialoogvenster Page layout in het menu Printing, zie pagina 85.
Over het venster Labeleditor Labeleditor geeft een kader met de lay-out van het geselecteerde label (voorkant, achterkant of cd) weer. Lay-outs bestaan uit bewerkbare objecten. Objecten kunnen afbeeldingen, tekstkaders, lijnen of cirkels zijn. U kunt dus een afbeelding of kleur als achtergrond voor de lay-out als geheel gebruiken. Horizontale & verticale linialen (optioneel) Lay-outknoppen voor voorkant/achterkant/cd (Front/Back/Disk) Achtergrond (met optie “Show Grid” geselecteerd).
Basisinfo over het werken met objecten in Labeleditor De tools van Labeleditor Cirkel invoegen Lijn invoegen Afbeelding invoegen Kader met tekst invoegen Tracklijst invoegen Object zoomen Label afdrukken In-/uitzoomen Selectietool Tools kunnen op drie manieren worden geselecteerd: • • • Vanuit het menu Tools Door op het bijbehorende pictogram in het menu/de werkbalk te klikken Door in het achtergrondgebied (geen object) met de rechtermuisknop te klikken en uit het verschijnende contextmenu te select
Tool Omschrijving Set background color... Hiermee kunt u een kleur voor de achtergrond van de lay-out (alleen menu) invoegen. Set background Hiermee kunt u een afbeelding voor de achtergrond van de layimage... (alleen menu) out invoegen. Objecten selecteren Door met het selectietool op een object te klikken, selecteert u het. • • • Geselecteerde objecten herkent u aan de gestippelde omtrek en vierkante “handvatten” waarmee u de grootte van het object kunt schalen.
De grootte van objecten wijzigen • Klikt u op een handvat van een geselecteerd object, dan verandert de aanwijzer in een dubbele punt en geeft de richtingen aan waarin u kunt slepen. Afbeeldingen of cirkelobjecten zullen worden geschaald, terwijl het slepen van de handvatten van de tekstkaderobjecten de grootte van het kader en niet de tekst zelf zal wijzigen . • U kunt ook op een object rechtsklikken en “Edit position and size...” uit het contextmenu selecteren.
Objecten plaatsen Er zijn verscheidene methoden die u kunt gebruiken om objecten te plaatsen: • Handmatig U kunt objecten met behulp van de selectietool slepen. • Automatisch in verhouding tot het kader van de lay-out Door met de rechtermuisknop op een object te klikken, kunt u automatisch het plaatsen van een object horizontaal of verticaal centreren door het overeenkomstige item uit het contextmenu te centreren . • Automatisch in verhouding tot andere geselecteerde objecten Zie pagina 79.
Over het dialoogvenster Edit Properties U kunt het dialoogvenster Edit Properties op drie manieren openen: • • • Door een object te selecteren en “Edit properties…” uit het menu Objects te selecteren. Door met de rechtermuisknop op een object te klikken en hetzelfde item uit het contextmenu te selecteren. Door op een object te dubbelklikken. De inhoud van het dialoogvenster varieert afhankelijk van het objecttype.
Eigenschap Omschrijving Achtergrond kleur (Background Color) Stelt de achtergrondkleur van het tekstkader in. Door in het vak Kleur te klikken, verschijnt er een standaard kleurendialoogvenster waar u een kleur kunt uitkiezen. Tekstvak (Text Field) Hier typt u de tekst in die in het tekstkader zal verschijnen. Lettertype... (Font...) Een standaard lettertypedialoogvenster wordt geopend. Hier kunt u lettertype, tekstopmaak, tekstkleur en tekengrootte enzovoort voor de hoofdlijn of extra lijn bepalen.
Cirkeleigenschappen Het dialoogvenster Eigenschappen van cirkel-/ellips (circle/ellipse) kan de volgende parameters instellen: Eigenschap Omschrijving Randopties Hier kunt u definiëren of er een rand om de tracklijst moet komen. U kunt ook de dikte van de rand instellen. Achtergrondkleur Stelt de achtergrondkleur van de cirkel of ellips in. Door in het vak Kleur te klikken, verschijnt er een standaard kleurendialoogvenster waar u een kleur kunt uitkiezen.
Het dialoogvenster CD-Audio Track List Edit Properties heeft de volgende opties: • Eigenschap Omschrijving Randopties (Border Options) Hier kunt u defini ren of de tracklijst en rand eromheen moet hebben en de dikte van de rand instellen. Daarnaast kunnen de hoeken van de tracklijst worden afgerond. De grootte van de afgeronde hoeken kan worden ingesteld. Hoe hoger het getal, des te ronder worden de hoeken. Achtergrondkleur (Background Color) Stelt de achtergrondkleur van de tracklijst in.
Afbeeldingseigenschappen Een standaard bestandsdialoogvenster wordt geopend waarin u naar het bestand kunt gaan dat u wilt importeren. De ondersteunde afbeeldingsformaten zijn: • BMP/JPEG/PCX/PNG/PSD/TGA/TIF en TIFF/WMF/EMF Lijneigenschappen Hier kunt u de dikte en de kleur van de lijn instellen.
Het menu Objects Het menu Objects kan worden geselecteerd uit het menu/de werkbalk, of worden geopend door met de rechtermuisknop op een object te klikken (contextmenu). De items in het menu Objects zijn grijs als er geen object is geselecteerd. Is er een object geselecteerd, dan zijn de volgende items uit het menu Objects beschikbaar: Item Omschrijving Edit properties... Zie pagina 74. Edit position and size... Zie pagina 73.
Item Omschrijving Apply same properties Met dit item kunt u eigenschappen van het gefocuste object op as focused object alle geselecteerde objecten van hetzelfde type toepassen. Space evenly horizontally Dit item verspreidt de geselecteerde objecten horizontaal en gebruikt het handvat boven in het midden als gids. Dit betekent dat de handvatten boven in het midden in elk geselecteerd object exact dezelfde afstand horizontaal van elkaar verwijderd zullen zijn.
Over labelsets U kunt zoveel labelsets u maar wilt voor een project opslaan. Wanneer u de Labeleditor echter opent, wordt een nieuwe labelset geopend die naamloos is en alleen de automatisch gegenereerde gegevens bevat. Telkens wanneer u lay-outs in Labeleditor bewerkt, wordt u gevraagd dit als labelset op te slaan wanneer u Labeleditor sluit of het programma verlaat zonder dat u uw wijzigingen hebt opgeslagen. Slaat u dit niet op, dan zijn de wijzigingen voor altijd verloren.
Gebruikersvariabelen definiëren Behalve de automatisch gegenereerde gegevens zoals cd-informatie, datum, tijd enzovoort, kunt u een aantal door de gebruiker bewerkbare variabelen definiëren die bij het project horen waaraan u werkt. Wanneer u eenmaal een set gebruikersvariabelen hebt opgeslagen, wordt dit bij het huidige project opgeslagen. Ga als volgt te werk om gebruikersvariabelen te definiëren: 1. Open het project waarvoor u gebruikersvariabelen wilt instellen. 2. Selecteer “Edit text variables...
Variabelensets als presets opslaan Als u op het pop-up menu van het naamvak onder aan het venster klikt, verschijnt er een menu waarmee u sets van labelvariabelen als preset kunt opslaan. U kunt dan overschakelen tussen verschillende presets van reeds “ingevulde” variabelen. Een typische preset kan bijvoorbeeld de informatie vertegenwoordigen van een klant met wie u regelmatig werkt. De automatisch gegenereerde variabelen zullen natuurlijk net als gebruikelijk aan het huidige project worden aangepast.
Cd-labels/dvd-labels afdrukken U drukt uw labels direct vanuit Labeleditor af, op standaardpapier of op speciaal papier voor cd-labels (meestal beschikbaar in winkels die randapparatuur voor de computer verkopen, enzovoort).
Hoesvoorkantlabel Ga als volgt te werk: 1. Selecteer de hoesvoorkantlabel (case front label) door op diens tabblad te klikken. 2. Selecteer “Page layout” uit het menu Printing. Het dialoogvenster Page layout voor de hoesvoorkantlabel verschijnt. 3. Voer de bijbehorende instellingen uit: Instelling Omschrijving Paper height/width Hier geeft u de grootte aan van het papier dat in de printer wordt gebruikt.
4. Instelling Omschrijving Size Dit is de grootte van de label. Meestal moet u de standaardwaarden behouden (ingesteld om in een standaard “cd-hoes” te passen). Hebt u de waarden aangepast, dan kunt u weer teruggaan naar de standaardgrootte door op de knop “Reset to standard values” te klikken. Double-sided Is dit geactiveerd, dan bevat de label zowel de voorkant als de binnenkant van de voorkantomslaglabel.
Hoesachterkantlabel Ga als volgt te werk: 1. Selecteer de hoesachterkantlabel (case back label) door op diens tabblad te klikken. 2. Selecteer “Page layout” uit het menu Printing. Het dialoogvenster Page layout voor de hoesachterkantlabel verschijnt. 3. Voer de bijbehorende instellingen uit: Instelling Omschrijving Paper height and width Hier geeft u de grootte aan van het papier dat in de printer wordt gebruikt.
Instelling Omschrijving Offsets Deze instellingen bepalen de plaatsing van de label op de bedrukte pagina. Dit is extra belangrijk wanneer u op speciaal cdlabelpapier afdrukt. Let op: wanneer u meerdere beelden afdrukt, doet u afzonderlijke marge-instellingen voor elk beeld. Om instellingen voor een beeld te doen, moet u het eerst selecteren door op het object in het voorbeeldscherm boven de margewaarden te klikken. Een geselecteerd beeld kunt u herkennen aan een gekleurd object in het scherm. 4.
3. Voer de bijbehorende instellingen uit: Instelling Omschrijving Paper height and width Hier geeft u de grootte aan van het papier dat in de printer wordt gebruikt. Landscape orientation Hiermee kunt u de afdrukstand van het papier aangeven: “liggend” of “staand”. Number of views Hiermee kunt u meer dan een exemplaar van de label op hetzelfde papier afdrukken. Disc size Hiermee kunt u de binnenste en buitenste diameter van de disklabel aangeven.
5. Klik op Print. 6. Selecteer het volgende labeltype door op diens tabblad te klikken en ga te werk vanaf stap 3. Audio naar MP3-formaat exporteren CLEAN kan ook audio naar MP3-formaat exporteren. ❐ U kunt CLEAN gebruiken om een ongelimiteerd aantal MP3-bestanden af te spelen. Om licentieredenen is het coderen van audiogegevens naar MP3-formaat beperkt tot 20 coderingsprocessen. U kunt van Steinberg een MP3-update kopen waarmee u ongelimiteerd kunt coderen.
2. Selecteer de track(s) in de lijst die u wilt exporteren en stel de benodigde instellingen in (zie hieronder). 3. Klik op “Coderen”. Het programma zal de gegevens beginnen te coderen en de gewenste MP3-bestanden maken. MP3-opties CRC Dit is een afkorting van Cyclic Redundancy Checksum. Is CRC geactiveerd, dan voegt het programma checksums (controletotalen) aan het bestand toe. Deze helpen een MP3speler om kleine gegevensfouten op te lossen die tijdens de overdracht kunnen zijn ontstaan.
De menu’s van CLEAN Dit gedeelte bevat een korte omschrijving van alle items in de menu’s van CLEAN: Het menu Bestand Nieuw project… Als u dit item selecteert, maakt u een leeg, nieuw project. In het verschijnende dialoogvenster selecteert u de directory waarin u het project wilt opslaan en geeft u het nieuwe project een naam. Project openen…Dit item selecteren opent een eerder opgeslagen project van de harde schijf. Een project kan ook via slepen en neerzetten worden geopend.
Het menu Opties Labeleditor Met Labeleditor kunt u uw eigen labels voor uw projecten ontwerpen en afdrukken. Ongedaan maken (start-/einden fade-in-/fadeout-markeringen) Dit is een meervoudige functie Ongedaan maken. De laatste 100 wijzigingen die u in de markeringsposities hebt gedaan kunnen een voor een worden geannuleerd. Monoweergave Hier kunt u instellen welk kanaal voor monofone weergave moet worden gebruikt.
Het menu Cd Cd-info… Controleert de grootte van de cd-r. Muziek-cd-r schrijven… Door dit item te selecteren wordt een dialoogvenster geopend waar u een aantal instellingen kunt doen voor uw cd-recorder en het schrijfproces starten. Meer gedetailleerde informatie vindt u in het gedeelte “Een cd-r opnemen”, pagina 54. Gegevens-cd schrijven… Door dit item te selecteren wordt een dialoogvenster geopend waar u de lijst bestanden kunt samenstellen die u op cd wilt opnemen.
Downloads Hiermee opent u de downloadpagina’s van Steinberg op het web. On-line winkel Hiermee krijgt u toegang tot Steinberg’s Online Web Shop. Over CLEAN Enige informatie over CLEAN en de mensen die eraan hebben bijgedragen. Werken met een minder krachtig systeem Een van de voordelen van CLEAN is dat u het effect van de restauratie- en effectfuncties van tevoren in echte tijd kunt beluisteren voordat u de eigenlijke gegevens gaat verwerken en een bestand maakt.
Een andere mogelijkheid om een indruk te krijgen van het effect van verschillende modules die tegelijkertijd op een minder krachtig systeem worden gebruikt, is het gebruik van de knop “Stereo”. Het berekenen van effecten in echte tijd van een monofoon signaal heeft veel minder verwerkingskracht nodig dan het berekenen van een stereofoon signaal. • Zet de knop “Stereo” op Uit, ofwel Mono . ❐ Wanneer u een cd-r schrijft met CLEAN, worden de gegevens altijd in stereo opgenomen.