Operation Manual

372 Pinnacle Studio
Pixel: Pixels zijn de kleinste elementen waaruit een beeld op de
monitor wordt opgebouwd. Afkorting voor 'picture element'
(beeldpunt).
Interface: Elektrisch overdrachtspunt voor audio, video,
besturingsgegevens of andere gegevens tussen twee apparaten.
Seriële interface, Parallelle interface
Primaire kleuren: De kleuren die de basis vormen van het RGB-
kleurenmodel: rood, groen en blauw. Met behulp van deze primaire
kleuren kunnen de meeste andere op een computerscherm worden
weergegeven.
QSIF: Afkorting voor Quarter Standard Image Format. Een MPEG-
1-formaat met een resolutie van 176 x 144 onder PAL and 176 x 120
onder NTSC. MPEG, SIF
Kwantisering: Onderdeel van de JPEG-beelddatacompressie.
Essentiële beelddelen worden exact weergegeven, maar voor het
menselijke oog minder wezenlijke informatie wordt minder exact
weergegeven.
Raster: Het beeldschermgebied dat door een elektronenstraal in de
vorm van horizontale lijnen van linksboven naar rechtsonder wordt
afgetast (gezien vanuit de toeschouwer).
Redundantie: Dit beeldkenmerk wordt gebruikt door
compressiealgoritmen. Redundante (overbodige) informatie kan bij
de beelddatacompressie worden verwijderd en bij de decompressie
zonder weglatingen weer worden gereconstrueerd.
Resolutie: Het aantal beeldpunten dat horizontaal en verticaal op de
monitor kan worden weergegeven. Hoe hoger de resolutie, des te
meer details kunnen worden weergegeven. Pixel
RGB: Afkorting voor Rood, Groen, Blauw, de primaire kleuren
voor additieve kleurmenging. RGB is een methode die in de
computertechniek gebruikt wordt om beeldinformatie in pixels te
coderen, elk met een combinatie van deze drie primaire kleuren.