Operation Manual

2 Bevestig de meegeleverde microfoon in
het midden van de hoofdsteun van de be-
stuurdersstoel met de band (apart lever-
baar) en zorg dat deze omlaag wijst.
De auto TA en EQ is afhankelijk van de plek
waar u de microfoon plaatst. Indien gewenst
kunt u de microfoon op de voorste passagiers-
stoel zetten en daar een auto TA en EQ uitvoe-
ren.
3 Zet de contactschakelaar op ON of ACC.
Zet de airconditioning of verwarming uit in-
dien van toepassing. Geluid van de ventilator
in de airconditioning of verwarming kan een
correcte auto TA en EQ belemmeren.
# Druk op SOURCE om de signaalbron uit te
schakelen als het toestel is uitgeschakeld.
4 Selecteer de positie voor de stoel waar-
op de microfoon wordt bevestigd.
Raadpleeg Positiekeuze gebruiken op bladzijde
86.
# Als er geen positie wordt geselecteerd voordat
u auto TA en EQ start, wordt FL automatisch ge-
selecteerd.
5 Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
6 Druk op EQ en houd deze toets inge-
drukt om de meetstand voor de auto TA en
EQ in te voeren.
7 Doe de microfoon in de microfoonstek-
ker op het niet zichtbare toestel.
8 Raak START aan om de auto TA en EQ
te starten.
9 Verlaat de auto en sluit het portier bin-
nen 10 seconden nadat het aftellen vanaf
10 is begonnen.
De meettoon (geluid) klinkt door de luidspre-
kers en de auto TA en EQ begint.
# Als alle luidsprekers zijn aangesloten, wordt
de auto TA en EQ in ongeveer negen minuten uit-
gevoerd.
# Raak STOP aan om de auto TA en EQ te stop-
pen.
# Als u auto TA en EQ halverwege wilt onderbre-
ken, raakt u BACK of ESC aan.
10 Als auto TA en EQ is voltooid, wordt
Complete weergegeven.
Als een correcte meting van de akoestische
kenmerken in de auto niet mogelijk is, ver-
schijnt er een foutmelding. (Raadpleeg Fout-
meldingen in auto TA en EQ begrijpen op
bladzijde 111.)
11 Raak ESC aan om de stand auto TA en
EQ te annuleren.
Audio-instellingen
Nl
93
Hoofdstuk
16
Audio-instellingen