Operation Manual

Gebruikershandboek AVIC-S1
- 46 - Bestemmingen beheren
Het dradenkruis verschijnt op het punt waar u heeft gedrukt.
In het adresveld verschijnt de naam van de straat waarin uw
bestemming ligt. Wanneer u op een bijzondere bestemming
heeft gedrukt, verschijnt de naam ervan.
U heeft de volgende mogelijkheden:
Start de navigatie naar het punt onder het dradenkruis.
Zoekt u een bijzondere bestemming in de omgeving van het
dradenkruis. Ga te werk zoals beschreven in het hoofdstuk
"
Bijzondere bestemming uit de actuele omgeving",
pagina
37, vanaf stap 4.
Wanneer u een bestemming voor het adresboek heeft
opgegeven, verschijnt in plaats van de knop Navigeren de knop
OK.
Druk hierop om het punt onder het dradenkruis over te nemen in
het adresboek.
Wanneer u een viapunt heeft opgegeven, verschijnt in plaats van
de knop Navigeren de knop Toevoegen.
Druk hierop om het punt onder het dradenkruis over te nemen
als viapunt.
4.4 Bestemmingen beheren
Overzicht
Bestemmingen waar u vaker naar toe navigeert, kunt u opslaan
in het A
DRESBOEK. Daar krijgen deze een naam en kunnen aan
een groep worden toegewezen.
Adresboekinvoeren kunnen worden herbenoemd, gewist en aan
een andere groep worden toegewezen. U kunt aan de invoer ook
een ander adres toewijzen.
U kunt het toegewezen adres op de kaart laten weergeven.
Alle acties gaan uit van het venster A
DRESBOEK.