Operation Manual
Gebruikershandboek AVIC-S1
Inleiding - 7 -
1.1.4 Gebruikte begrippen
Gebruikte begrippen In dit handboek wordt een bepaalde terminologie gebruikt, om
elementen van het product en gebruikersacties aan te geven.
Begrip Gebruik
Display
De fysische afleeseenheid van het navigatie-
apparaat.
Venster
Een functionele bedieningseenheid van de
software die het hele display vult.
Tabblad
De navigatiesoftware wordt voornamelijk via
twee tabbladen bediend, het tabblad
B
ESTEMMING en het tabblad INSTELLINGEN.
Wanneer u uw navigatie-apparaat gebruikt
met de als optie verkrijgbare TMC-set (ND-
TMC1), ziet u ook het tabblad V
ERKEER.
Druk op een tabblad, om het betreffende
venster te openen.
Dialoogvenster
Een dialoogvenster is in principe hetzelfde als
een venster, maar vult niet het hele display.
Het bevat onderaan de rand knoppen als OK
of Annuleren. Vaak bevat het een tekst met
een vraag of aanwijzing.
Knop
Elementen van het gebruikersoppervlak die
een actie van de software activeren nadat
erop is gedrukt. Knoppen kunnen zijn
voorzien van een tekst en/of afbeelding.
Symbool
Kleine afbeeldingen op het
gebruikersoppervlak die informatie geven.
Een voorbeeld is het symbool voor de GPS-
ontvangst.
Wanneer er op deze symbolen wordt gedrukt,
wordt geen actie geactiveerd.
Invoerveld
Een veld waarin gegevens kunnen worden
ingevoerd.
Invoervelden worden meestal aangegeven
door een tekst die boven het invoerveld of
aan het begin van het invoerveld staat.
Focus, zie ook
Markeren
Het element in een lijst dat kan worden
bediend door op het midden van het
scrollwiel te drukken, heeft de focus. Dit
element ziet er anders uit dan de andere
elementen in de lijst.
Met het scrollwiel kunt u de focus naar een
ander element in een lijst bewegen.