Operation Manual

Gebruik van de GUIDE Plus+™ elektronische programmagids
05
69
Du
Nederlands
Bewerken van een ingestelde opname
U kunt elke willekeurige parameter van een ingestelde
opname bewerken, of de instelling wissen als u deze niet
meer nodig hebt.
1 Selecteer het linker venster van de ingestelde
opname.
Als u alleen de opnamekwaliteit, het aantal keren, de
bestemming, de tijdsduur of de groep-instelling wilt
bewerken, kunt u doorgaan naar stap 6 hieronder.
2 Druk op de GROENE actietoets (bewerken).
3 Gebruik de cursor- en cijfertoetsen om de
opnamedatum, starttijd, eindtijd en het kanaal te
bewerken.
Gebruik de / (cursor omhoog/omlaag) toetsen of de
cijfertoetsen om de bewerking uit te voeren.
Druk op de GROENE actietoets om verder te gaan of druk
op de RODE actietoets om terug te gaan.
4 Voer een naam voor de ingestelde opname in.
Gebruik de /// toetsen en druk dan op ENTER
om de tekens op het beeldscherm-toetsenbord te
selecteren.
Nadat u de volledige naam hebt ingevoerd, drukt u op de
GROENE actietoets om door te gaan.
5 Selecteer het rechter opnamevenster.
6 Druk op de RODE actietoets (kwaliteit) om de
opnamekwaliteit te wijzigen.
Selecteer AUTO
1
, XP, SP, LP, EP, SLP, SEP of MN (als de
handmatige opnamefunctie is ingesteld op On).
7 Druk op de GROENE actietoets (frequentie) om
het aantal keren dat de opname gemaakt moet
worden te wijzigen.
Opmerking
1 In dit geval wordt de opnamekwaliteit zodanig ingesteld dat de opname op een enkele DVD-disc past. Deze instelling kan ook gebruikt worden
bij het opnemen op de vaste schijf.