Operation Manual

67
 
 
 
 
09
Andere functies gebruiken
Instelling Functie Optie(s)
MNR
<d, e>
Hiermee wordt de mosquito-ruis (vervorming die ontstaat aan de
omtrek van het beeld bij MPEG-compressie) in het beeld verminderd.
c
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c 0 t/m +8 d
Standaard-instelling: 0
DETAIL
<d, e>
Hiermee wordt de scherpte van de randen ingesteld.
c
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c 0 t/m +8 d
Standaard-instelling: 0
BRIGHT
(Helderheid)
<d, e>
Hiermee stelt u de algemene helderheid in.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
CONTRAST
<d, e>
Hiermee past u het contrast aan tussen licht en donker.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
Instelling Functie Optie(s)
HUE
<d, e>
Hiermee regelt u de balans tussen rood en groen.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
CHROMA
(Chromaniveau)
<d, e>
Hiermee stelt u de verzadiging in van dof tot helder.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
BLK SETUP
(Zwartinstelling)
<f>
Instellen van het zwartniveau aan de hand van het video-ingangssig-
naal.
Gewoonlijk moet u 0 selecteren. Als het zwartniveau te hoog is als
gevolg van de combinatie met de aangesloten monitor, selecteert u 7.5.
0
7.5
ASP
(Beeldverhouding)
<g>
Hier geeft u de beeldverhouding op wanneer ingangssignalen bij de
HDMI-uitgang worden uitgevoerd. Maak de gewenste instellingen
terwijl u elke instelling op het beeldscherm controleert (als het beeld
niet bij uw monitortype past, kan het beeld worden afgesneden of
verschijnen er zwarte banden).
THROUGH
NORMAL
a ! Als het videobeeld slechter wordt wanneer dit onderdeel op ON wordt gezet, zet u het onderdeel op OFF.
! Bij aansluiting op een video-apparaat via de componentvideo-ingang zet u dit onderdeel op ON op kijkt dan met gebruik van
de HDMI-uitgang.
b ! Wanneer een resolutie is ingesteld waarvoor de tv (monitor) niet geschikt is, zal er geen beeld worden weergegeven. Ook zal er
in sommige gevallen geen beeld zijn omdat de signalen voorzien zijn van auteursrechtbeveiliging (copyright). In dit geval moet u
de instelling veranderen.
! Wanneer AUTO is geselecteerd, zal de resolutie automatisch worden geselecteerd overeenkomstig de eigenschappen van het
via HDMI aangesloten beeldscherm. Wanneer PURE wordt geselecteerd, worden de signalen met dezelfde resolutie uitgevoerd
als waarmee ze binnenkomen (zie Meer over de video-omzetter op bladzijde 22).
c ! P.MOTION is uitgeschakeld wanneer PCINEMA op ON staat.
! Deze instelling is alleen van invloed op beelden opgenomen met de interlaced scan-indeling (480i/576i of 1080i signalen).
d Instelling is niet mogelijk als V.ADJ (Geavanceerde videoregeling) niet is ingesteld op MEMORY.
e ! Deze instelling wordt alleen getoond wanneer de onderstaande videosignalen worden ingevoerd:
480i, 576i, 480p, 576p, 720p, 1080i analoge videosignalen
480i, 576i, 480p, 576p, 720p, 1080i, 1080p, 1080p24 HDMI-videosignalen
f Deze instelling is alleen mogelijk wanneer 480i signalen binnenkomen via de composiet video-aansluitingen.
g ! Als het beeld niet overeenkomt met uw type beeldscherm, moet u de beeldverhouding op het bronapparaat of op het beeld-
scherm aanpassen.
! Deze instelling wordt alleen weergegeven wanneer 480i/p of 576i/p videosignalen worden ingevoerd.