Operation Manual

Probleem Oplossing
Er klinkt geen geluid uit de
hoog- of breed-voorluidspre-
kers.
Controleer of de hoog- of breed-voorluidsprekers op LARGE of SMALL staan
en de surroundluidsprekers niet op NO zijn ingesteld (zie Speaker Setting op
bladzijde 75 ).
Wanneer Speaker System is ingesteld op Normal(SB/FH) of Normal(SB/FW)
en SP: SB ON is geselecteerd met SPEAKERS, wordt er geen geluid weergege-
ven via de hoogte- of breedte-voorluidsprekers. Selecteer SP: SB/FH ON, SP:
SB/FW ON, SP: FH ON of SP: FW ON (zie Overschakelen naar andere luidspre-
keraansluitingen op bladzijde 56 ).
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aanslui-
ten op bladzijde 16 ).
Er klinkt geen geluid uit de
subwoofer.
Controleer of de subwoofer goed is aangesloten, aan staat en of het volume op
een hoorbaar niveau staat.
Als de subwoofer een slaapstand heeft, controleert u of deze is uitgeschakeld.
Controleer of de subwoofer is ingesteld op YES of PLUS (zie Speaker Setting op
bladzijde 75 ).
De crossoverfrequentie is mogelijk te laag ingesteld. Probeer een hogere
instelling die overeenkomt met de eigenschappen van de andere luidsprekers
(zie Speaker Setting op bladzijde 75 ).
Als er weinig informatie over de lage frequenties beschikbaar is in het bron-
materiaal, wijzigt u de luidsprekerinstellingen naar Front: SMALL / Subwoofer:
YES of Front: LARGE / Subwoofer: PLUS (zie Speaker Setting op bladzijde 75 ).
Controleer of het LFE-kanaal niet is ingesteld op OFF of een hele stille instel-
ling (zie De audio-opties instellen op bladzijde 52 ).
Controleer de niveau-instellingen van de luidspreker (zie Channel Level op
bladzijde 76 ).
Er klinkt geen geluid uit één
luidspreker.
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aanslui-
ten op bladzijde 16 ).
Controleer de niveau-instellingen van de luidspreker (zie Channel Level op
bladzijde 76 ).
Controleer of de luidspreker niet is ingesteld op NO (zie Speaker Setting op
bladzijde 75 ).
Het kanaal is mogelijk niet opgenomen in de bron. Als u een van de luister-
functies met geavanceerde effecten gebruikt, kunt u mogelijk het ontbrekende
kanaal toevoegen (zie Genieten van diverse typen weergave met de luisterfunc-
ties op bladzijde 40 ).
Nl
82
13 Aanvullende informatie
Geen geluid
Probleem Oplossing
Er klinkt geen geluid nadat u
een ingangsfunctie hebt gese-
lecteerd.
Er klinkt geen geluid uit de
voorluidsprekers.
Controleer het volume, of het geluid is gedempt (druk op MUTE) en de luid-
sprekerinstelling (druk op SPEAKERS).
Controleer of u de juiste ingangsfunctie hebt geselecteerd.
Controleer of de MCACC-instelmicrofoon wel is losgekoppeld.
Controleer of u het juiste ingangsignaal hebt geselecteerd (druk op
SIGNAL SEL).
Wanneer u Fixed PCM ON hebt geselecteerd, wordt geen geluid met een
andere signaalindeling weergegeven (zie De audio-opties instellen op bladzijde
52 ).
Controleer of het bronapparaat goed is aangesloten (zie De apparatuur aan-
sluiten op bladzijde 14 ).
Controleer of de luidsprekers goed zijn aangesloten (zie De luidsprekers aan-
sluiten op bladzijde 16 ).
Er klinkt geen geluid uit de
surround-luidsprekers of de
middenluidspreker.
Controleer of de Stereo-luisterfunctie of de functie Geavanceerde voorpodium-
surround niet is geselecteerd; selecteer een van de surround-luisterfuncties
(zie Genieten van diverse typen weergave met de luisterfuncties op bladzijde
40 ).
Controleer of de surround-/middenluidsprekers niet zijn ingesteld op NO (zie
Speaker Setting op bladzijde 75 ).
Controleer de kanaalniveau-instellingen (zie Channel Level op bladzijde 76 ).
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aanslui-
ten op bladzijde 16 ).
Er klinkt geen geluid uit de
surround-achterluidsprekers.
Controleer of de surround-achterluidsprekers op LARGE of SMALL staan
en de surroundluidsprekers niet op NO zijn ingesteld (zie Speaker Setting op
bladzijde 75 ).
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aan-
sluiten op bladzijde 16 ). Als er slechts een surround-achterluidspreker is
aangesloten, controleert u of deze is aangesloten op de aansluiting voor de
linkerkanaalluidspreker.
De surround-achterluidsprekers zullen geen geluid weergeven als
Speaker System op Speaker B staat en er geluid via de luidsprekers B wordt
weergegeven.
Wanneer Speaker System is ingesteld op Normal(SB/FH) of Normal(SB/FW)
en SP: FH ON of SP: FW ON is geselecteerd met SPEAKERS, wordt er geen
geluid weergegeven via de surround-achterluidsprekers. Selecteer SP:
SB/FH ON, SP: SB/FW ON of SP: SB ON (zie Overschakelen naar andere luid-
sprekeraansluitingen op bladzijde 56 ).