Operation Manual
POWX07551T NL
Copyright © 2016 VARO P a g e | 17 www.varo.com
9.8 Groeven zagen (Fig. 28)
WAARSCHUWING: GEBRUIK GEEN DADO-BLAD, gebruik enkel een
standaardblad voor deze bewerking.
Breng op het werkstuk markeerlijnen aan om de gewenste breedte en lengte van de
zaagsnede aan te geven, plaats het werkstuk op de tafel en mik met de binnenpunt van
het blad op deze lijn. Gebruik een klem om het werkstuk op de tafel vast te klemmen.
Laat de snijkop neer zodat de punt van het blad de bovenkant van het werkstuk op de
gewenste lijn raakt.
Hou de zaagarm in deze stand en draai de aanslagknop (2) totdat hij de aanslagplaat (1)
raakt.
Zaag twee parallelle groeven zoals getoond wordt.
9.9 Bijkomende houten aanslag (Fig. 29)
Wanneer u meerdere of herhaalde sneden maakt die ertoe leiden dat er kleine stukjes van 2.5
cm of kleiner worden afgezaagd, is het mogelijk dat het zaagblad dergelijk klein stukje
vastgrijpt en uit de zaagmachine wegslingert of in de zaagbladbeschermkap gooit, wat
mogelijke schade of verwondingen kan veroorzaken. Om dit gevaar te minimaliseren kan er
een bijkomende houten aanslag (1) op uw zaag geïnstalleerd worden. Er zijn in de aanslag
openingen voorzien om een bijkomende houten aanslag te monteren (dit levert extra
zaagdiepte op). Deze aanslag kan geconstrueerd worden met een recht stukje hulphout van
ongeveer ¾” (1.9 cm) breed bij 1½” (3.8 cm) dik en met een lengte van 16” (40.64 cm). Breng
deze houten aanslag stevig aan en maak een snede over de volledige diepte om een gleuf
voor het blad te maken. Controleer of de houten aanslag en de onderste
zaagbladbeschermkap elkaar niet in de weg zitten. Maak indien nodig aanpassingen.
NOTA: deze hulpaanslag wordt enkel gebruikt met het zaagblad onder een
afschuinhoek van 0° (90° t.o.v. de tafel). De houten hulpaanslag moet
verwijderd worden wanneer u afschuinsneden maakt.
10 REINIGING EN ONDERHOUD
Opgelet ! Trek de netstekker uit de contactdoos alvorens werkzaamheden
aan het apparaat te verrichten.
10.1 Reiniging
Reinig de ventilatiesleuven van de machine om oververhitting van de motor te voorkomen.
Reinig regelmatig de behuizing van de machine met een zachte doek, bij voorkeur na
ieder gebruik.
Houd de ventilatiesleuven vrij van stof en vuil.
Als het vuil niet verwijderd kan worden, gebruik dan een zachte doek bevochtigd met
zeepwater.
Gebruik nooit oplosmiddelen zoals benzine, alcohol, ammoniawater, etc.
Deze oplosmiddelen kunnen de plastic onderdelen beschadigen.