Operation Manual

POWX0782
NL
Copyright © 2011 VARO
P a g e | 7
www.varo.com
Gebruik enkel zaagbladen die door de fabrikant werden aangeraden en die voldoen aan
EN847-1. Zorg ervoor dat het spouwmes niet dikker is dan breedte van de zaagsnede en
dat het niet dunner is dan het lichaam van het zaagblad.
Gebruik altijd de accessoires die in deze handleiding worden aanbevolen.
Kies het juiste zaagblad voor het te zagen materiaal.
Zorg er altijd voor dat het blad en scherp en proper is om het geproduceerde lawaai te
verminderen.
Gebruik correct geslepen zaagbladen. Hou u aan de maximumsnelheid die op het zaagblad
is aangegeven.
Reinig de as, de flenzen (vooral de montageoppervlakken) en de zeskantmoer vóór het
monteren van het blad. Slechte montage kan tot trillen/slaan of tot doorslippen van het
zaagblad leiden.
Gebruik de zaagkap en het spouwmes bij elke toepassing waar het mogelijk is, inclusief alle
doorzaagbewerkingen. Monteer de zaagkap altijd volgens de instructies in deze
handleiding. Doorzaagbewerkingen zijn deze waarbij het zaagmes volledig doorheen het
werkstuk zaagt zoals bij het langszagen of afkorten. Gebruik het gereedschap NOOIT met
een defecte zaagkap en zet ook nooit de zaagkap vast met een touw, een koord enz. Elke
onregelmatigheid in de werking van de zaagkap moet onmiddellijk gecorrigeerd worden.
Plaats de zaagkap en het spouwmes onmiddellijk terug na het uitvoeren van een bewerking
waarvoor ze moesten worden verwijderd.
Zaag geen metalen zoals nagels en schroeven. Zoek en verwijder alle nagels, schroeven
en andere vreemde materialen uit het werkstuk, vóór u begint te werken.
Verwijder sleutels, afgezaagde stukken enz. van de tafel vóór u de schakelaar aanzet.
Draag NOOIT handschoenen tijdens het werken (enkel tijdens het vervangen van de
snijgereedschappen kunt u handschoenen dragen).
Hou uw handen uit de snijlijn van het zaagblad.
Sta NOOIT of laat NOOIT iemand in de snijlijn van het zaagblad staan.
Zorg ervoor dat het blad het spouwmes of het werkstuk niet raakt vóór u de schakelaar
aanzet.
Laat de zaag even draaien vóór u het werkstuk aanbrengt. Let op het trillen en slaan van
het zaagblad wat kan wijzen op een slechte montage of uitbalancering van het blad.
Het gereedschap mag niet gebruikt worden voor het aanbrengen van sleuven of
sponningen.
Vervang het tafelinzetstuk als het versleten is.
Regel NOOIT iets bij als het toestel draait. Haal de stekker uit het stopcontact vóór het
afregelen.
Gebruik een duwstok wanneer nodig. Een duwstok MOET worden gebruikt bij het
langszagen van smalle werkstukken om zo uw handen en vingers goed uit de buurt van het
zaagblad te houden.
Berg de duwstok altijd op wanneer hij niet wordt gebruikt.
Let in het bijzonder op de instructies voor het verminderen van het gevaar op
TERUGSLAG. TERUGSLAG is een plotse reactie op een geklemd, verbogen of slecht
uitgelijnd zaagblad. TERUGSLAG veroorzaakt het terugwerpen van het werkstuk in de
richting van de operator. TERUGSLAG KAN TOT ERNSTIGE VERWONDINGEN LEIDEN.
Vermijd TERUGSLAG door het blad scherp te houden, de langsgeleider evenwijdig aan het
zaagblad te houden, het spouwmes en de zaagkap op hun plaats en in goede staat te
houden, door het werkstuk niet los te laten tot u het volledig voorbij het zaagblad hebt
geduwd en door geen stukken in hun langsrichting te zagen die gedraaid of
scheefgetrokken zijn of die geen rechte kant hebben om naast de langsgeleider te
bewegen.
Voer geen bewerkingen uit met de vrije hand. Met de vrije hand betekent dat u uw handen
gebruikt om het werkstuk te ondersteunen of te geleiden in plaats van de langsgeleider of
de verstekbak.