Operation Manual

POWXG1018
NL
Copyright © 2012 VARO
P a g e | 15
www.varo.com
8.8 Algemene zaaginstructies
8.8.1 Vellen
Vellen is de term voor het afzagen van een boom. Kleine bomen met een diameter tot 6-7 inch
(15-18 cm) worden meestal met één zaagsnede afgezaagd. Voor grotere bomen gebruikt men
een kerf. De kerfsneden bepalen de richting waarin de boom zal vallen.
Vellen van een boom:
Waarschuwing: voor er met het zagen word begonnen moet er een
vluchtpad (A) worden gepland en indien nodig worden vrijgemaakt. Het
vluchtpad moet naar achter lopen en diagonaal op de verwachte vallijn
staan zoals getoond in fig. 11a
fig 11a
Opgelet: bij het vellen van een boom op
een hellend vlak moet de gebruiker van
de kettingzaag steeds aan de bovenkant
van de helling staan omdat de kans
groot is dat de boom na het vellen gaat
rollen.
Nota: de richting van het vallen (B) wordt bepaald door de kerfsnede. Bekijk
de plaats van de grotere takken en de natuurlijke helling van de boom om te
bepalen in welke richting hij zal vallen; doe dit vóór dat er enige zaagsnede
wordt gemaakt.
Waarschuwing: zaag een boom niet om bij hevige of veranderlijke wind of
wanneer er gevaar is voor eigendommen. Consulteer een boomkenner.
Zaag een boom niet om als er kans bestaat dat er leidingen van
nutsvoorzieningen zullen geraakt worden; verwittig het bedrijf van deze
nutsvoorzieningen vóór het zagen.
Algemene richtlijnen voor het vellen van bomen:
Normaal gezien bestaat het vellen uit 2 hoofdbewerkingen: het maken van de kerfsnede (C)
en het maken van de velsnede. Begin met het zagen van de bovenste kerfsnede (C) aan de
kant van de boom die overeenkomt met de valrichting (E). Let erop dat u de onderste snede
niet te diep in de stam maakt. De kerf (C) moet diep genoeg zijn om een scharnierpunt (F) te
creëren met voldoende breedte en sterkte. De kerf moet breed genoeg zijn om tijdens het
vallen van de boom zolang mogelijk de richting te bepalen.