Operation Manual

6
2. Wanneer u een Langer snoer of een verlengsnoer
gebruikt , zorg dan 1) dat het vermogen van het
snoer minstens net zo groot is als het vermogen
dat vermeld wordt op het typeplaatje van het ap-
paraat , 2) dat het verlengsnoer 3 draden heeft en
3) dat het verlengsnoer niet over de rand van de
tafel of het werkblad hangt, waardoor kinderen er
onbedoeld over kunn en struikelen of eraan kunnen
trekken .
met een kort snoer.
Dit appa raat mo et geaa rd worden . In geval van korts lui -
ting wordt het risico van elektrisc he schokken beperkt
door de aarding , door dat de stroom kan ont snappen
via een aparte draa d. Dit appa raat is uitgeru st met
een aar ddra ad en een aardstekk er. De stekker ma g
uitsl uitend geb ruikt wo rden in een stop contact dat op
de juiste wijz e is gei"nstalleer d en geaard.
Wanneer u de instr ucties voor aarding niet hel emaal
begrijpt of twi jfelt of het apparaat goe d geaar d is,
neem dan contact op met een elektricien of een ser-
vicemonteur. Hebt u een verlengsnoer nodi g, ge bruik
dan uitsluitend een verlen gsnoer met 3 dra den.
1.
Om te voorko men dat u verstrikt raakt in het snoer
of hierover struikelt, wordt het apparaat geleverd
WAARSCHUWING
Risico van elektri sche schokken . Wanneer het apparaat
niet goed geaard is, dan kan dit leiden tot elektri sche
schok ken . Stee k de stekker nooit in het stopcontact
voordat het app araat op de juiste wijze is gei"nstalleerd
en geaard.
GEVAARLIJK
Wanneer u onderdelen binnenin het apparaat aanraakt,
bestaat het risico van elektri sche schokken . Dit kan
leiden tot ern stig persoonl ijk letsel of zelfs ove rlijden.
Haal het apparaat nooit uit elkaar .
TER VOORKOMING VAN HET RISICO VAN PERSOONLIJK
LETSEL
32.Voor magnetrons met
een sierfront geldt, dat
dit open moet blijven
tijdens gebruik.
33.Zet het apparaat met de
achterkant naar de muur
gericht.
34.zet de magnetron nooit
in een kast, tenzij het
betreffende model is
getest op gebruik in een
kast.
LEES DE INSTRUCTIES
lORGVULDIG DOOR
EN BE-WAAR DElE
GOED.
5
27.Houd kleine kinderen
uit de buurt van het
apparaat: sommige
onderdelen kunnen heet
worden tijdens gebruik.
28.Gebruik nooit een
stoomapparaat om de
magnetron te reinigen.
29.Het apparaat wordt
heet tijdens gebruik.
Raak de
verwarmingselementen
in de oven nooit aan.
30.Gebruik uitsluitend een
temperatuursonde die
wordt aanbevolen voor
dit type oven (ovens die
ontwor-pen zijn voor
gebruik met een
temperatuursonde ).
31.WAARSCHUWING: het
apparaat zelf en de
onderde-Ien worden
heet tijdens gebruik.
Raak de
verwar-mingselementen
nooit aan. Houd
kinderen jonger dan 8
jaar uit de buurt van het
apparaat of let heel goed
op.
23.Wanneer u dranken
verwarmt in de
magnetron, kun-nen
deze overkoken, zelfs
nadat het
verwarmings-proces is
voltooid. Let dus goed
op als u de drank uit de
magnetron haalt.
24.Het apparaat is niet
bestemd voor gebruik
door personen (inclusief
kinderen) met
lichamelijke, motorische
of geestelijke
beperkingen, dan wei
met gebrek aan kennis
en ervaring, tenzij zij
onder toezicht staan of
instructies hebben
gekregen omtrent veilig
gebruik van het apparaat
van degene die
verantwoordelijk is voor
hun veiligheid.
25.Zorg dat kinderen niet
met het apparaat spelen.
26.Het apparaat is niet
bestemd voor gebruik in
com-binatie met een
externe tijdklok of een
soortgelijk
afstandsbed ieni ngsyste
em.