Operation Manual

17
Uw broodbakautomaat wordt alleen voor dit doel met een speciale functie
geleverd.
Een ingrediëntendispenser bevindt zich aan de
achterkant van het apparaat.
Dit kan gemakkelijk gevuld worden voordat het ap-
paraat wordt gestart.
Selecteer gewoon de ingrediëntenfunctie. De klep
van de ingrediëntendispenser zal op het juiste
moment automatisch worden geopend om de ingrediënten aan het deeg toe
te voegen.
OPMERKING:
Niet alle programma’s ondersteunen deze functie. (zie de programmata-
bel)
1. De ingrediëntendispenser heeft een vergrendeling op de handgreep die
u moet indrukken.
2. Trek de ingrediëntendispenser eruit en vul het met uw ingrediënten.
3. Schuif de ingrediëntendispenser er weer in zodat het weer door de
vergrendeling is beveiligd.
4. Selecteer de functie met behulp van de
ZUTATEN-toets en u kunt
het bakprogramma starten.
Functies van broodbakautomaat
Zoemergeluiden
Het apparaat gebruikt verschillende zoemergeluiden:
1 lang zoemgeluid - bij het aansluiten van het apparaat op
het lichtnet
- bij het handmatig beëindigen van een
programma
- aan het einde van de warmhoudfunctie
1 kort zoemgeluid Bij het loslaten van een toets.
5 achtereenvolgende zoem-
geluiden
De temperatuur van het apparaat is te hoog
en voorkomt dat een nieuw programma
wordt gestart. Op de display verschijnt
EE1”.
10 achtereenvolgende zoem-
geluiden aan het einde van
een programma
Het programma stopt “0:00” verschijnt op
de display naast het programmanummer.
Voor alle programma’s begint daarna een
warmhoudfase van 1 uur.
Programmageheugen
Het programma wordt hervat na stroomuitval van minder dan 10 minuten.
Na een langere stroomuitval dient de broodmachine herstart te worden. Dit
is alleen praktisch als het deeg zich op dat moment nog in de kneedfase
bevond. U dient vanaf het begin te beginnen, als het bakken al was gestart!
Veiligheidsfunctie
Nadat een programma klaar is, moet het apparaat afkoelen voordat u weer
begint met een programma voor bakken of het kneden (behalve voor de
programma’s “10 MARMELADE“ en “8 BACKEN“).
Het apparaat geeft 5 zoemgeluiden en de display toont “EE1”, wat aangeeft
dat de temperatuur in de ovenruimte te hoog is.
1. Verwijder het netsnoer.
2. Gebruik ovenwanten om de bakvorm te verwijderen.
3. Laat het deksel open en wacht tot het apparaat volledig is afgekoeld. De
afkoelingsperiode is afhankelijk van de vorige programma-instellingen.
Programmavolgorde van de broodmachine
LET OP: Brandgevaar!
Geen ingrediënten toevoegen aan het begin van het bakken terwijl de bak-
vorm nog in het apparaat staat.
1. De bakvorm verwijderen
Open de klep. Draai de bakvorm iets naar links totdat deze vergrendelt.
Trek de bakvorm naar boven met de handgreep en plaats deze op een
vlakke ondergrond.
2. Plaatsen van de kneedhaak
Plaats de halfronde opening van de kneedhaak over de aandrijfas in het
bakblik. De ens van de opening dient naar beneden te wijzen. Let op
de groef in de as. De kneedhaak bevindt zich gelijk op gelijke hoogte
met de bodem van het bakblik.
3. Toevoegen ingrediënten
Zorg ervoor dat de ingrediënten in de in het recept aangegeven volg-
orde in het bakblik worden gedaan.
4. De bakvorm inbrengen
Plaats de bakvorm op de as in de ovenruimte terwijl de bakvorm dia-
gonaal wordt gehouden. Draai de bakvorm iets naar rechts totdat deze
vergrendelt. Sluit het deksel.
5. Een programma starten
1. Druk op de
AUSWAHL-toets om het gewenste programma te
selecteren.
2. Druk op de TEIGMENGE-toets om het totale gewicht van uw
ingrediënten te selecteren.
3. Druk op de FARBE-toets om het bruinen op licht, midden of
donker in te stellen.
4. U kunt de ZEIT-toets gebruiken om de start van het program-
ma te vertragen.
5. Hebt u uw ingrediënten in de lade aan de achterkant gedaan?
Selecteer dan deze functie.
6. Druk op de START/STOP-toets. De knipperende dubbele punt
geeft aan dat het programma is gestart.
6. Laat het deeg rijzen
Na de laatste keer kneden stelt de broodmachine de optimale tempera-
tuur in voor het rijzen van het deeg. Hij verwarmt tot 25°C - 30°C als de
kamertemperatuur lager is.
7. Bakken
De broodmachine past de baktemperatuur automatisch aan. Kies het
BACKEN programma om het bakproces te verlengen als het brood nog
te licht is na het bakken.
8. Warmhouden (niet in de programma’s 7 KNETEN, 10 MARME-
LADE, 11 MIXEN)
De zoemer klinkt herhaaldelijk nadat het bakprogramma is beëindigd
en het brood of de levensmiddelen uit het apparaat genomen kunnen
worden. Op hetzelfde moment begint de 1-uur warmhoudfase. “0:00”
verschijnt op de display naast het programmanummer. De dubbelepunt
“:” knippert. De statusindicator is nog steeds aan. Na 1 uur klinkt de
zoemer en de warmhoudfase wordt beëindigd. De display toont de
startafbeelding. Haal de stekker uit het stopcontact.
9. Programma “8 BACKEN” (verlengd bakken)
1. Druk terwijl de fase “warmhouden” nog werkt op de
START/
STOP-toets totdat u een zoemergeluid hoort.
2. Start het programma “8 BACKEN”.
3. Wanneer de gewenste bruining is bereikt, het programma stoppen
door op de START/STOP-toets te drukken.
4. Haal de stekker uit het stopcontact.
10. Beëindiging van het programma
Zorg dat u een rooster gereed hebt en haal de stekker uit het stop-
contact. Verwijder het bakblik met ovenwanten nadat het programma
is beëindigd, keer het ondersteboven en schudt voorzichtig; draai aan
de onderkant van de kneedhaak als het brood niet gelijk uit het bakblik
komt. Gebruik de meegeleverde haak als de kneedhaak vast zit in het
brood. Steek hem in de halfronde opening van de kneedhaak onderin
het warme brood en haak hem in de onderste rand (bij de vleugel van
de kneedhaak). Trek voorzichtig de kneedhaak naar buiten met de