Operation Manual
Met multimedia werken | 139
Instelling Functie
Browse (Bladeren) Naar een map met sjablonen navigeren
Burst count (Timer
voor Burst-modus)
Een timer selecteren voor automatische opnamen
Ambience (Omgeving) Een omgeving selecteren
Als u de instellingen hebt geconfigureerd, tikt u op OK of Start Camera
(Camera starten) in het scherm Camera Settings (Camera-instellingen)
om terug te gaan naar het scherm Camera (Camera).
Het menu Tools (Extra)
Met menu Tools (Extra) in het scherm Camera Settings (Camera-
instellingen) bevat de volgende geavanceerde opties voor het
configureren en aanpassen van de functies voor de cameramodus:
De optie Adjust (Aanpassen)
Tik op Tools (Extra) > Adjust (Aanpassen) om de weergave-eigen
-
schappen van de camera aan te passen, zoals Contrast (Contrast),
Brightness (Helderheid), Saturation (Verzadiging), Hue (Tint) en
Gamma (Gamma). Kies een van deze eigenschappen in de lijst en
verschuif de regelaar (of tik op de regelaar) om de waarde te wijzigen.
In het voorbeeldvenster in het venster Adjust (Aanpassen) ziet u het
effect van die wijzigingen die u in het scherm Adjust (Aanpassen)
aanbrengt. Tik op OK om de instellingen op te slaan. U kunt altijd op
Reset (Opnieuw inst.) tikken om alle oorspronkelijke eigenschappen
te herstellen.