Instructions

Instructies voor gebruik
Controleer het aandrijfsysteem om vast te stellen, of
het zich bij het eerste gebruik van de garagepoortaan-
drijving licht beweegt.
Controleer na enige gebruikstijd regelmatig of de
poort bij het openen/sluiten horizontaal blijft en of de
veer voldoende kracht heeft om de poort op te rollen.
Smeer alle beweeglijke onderdelen regelmatig met een
geschikte hoeveelheid smeermiddel.
In het geval van een stroomuitval kunt u aan de
noodontgrendeling trekken en de poort met de hand
vrij bewegen.
Als de stroom weer beschikbaar is, kunt u de handzen-
der of de muurconsole bedienen, de noodontgrendeling
vergrendelt zich automatisch weer.
De poort kan daarna weer met de handzender of de
muurconsole bediend worden.
Handleiding voor de gebruiker
1. Bij een stroomuitval stopt
de poort zijn beweging.
2. Druk op een willekeurige
toets van de handzender,
zodra deze weer op het
stroomnet aangesloten is.
De poort gaat open.
3. In overeenkomst met het
programmageheugen gaat de
poort omhoog tot de
bovenste eindpositie en blijft
dan staan.
Normaal bedrijf
Afstandsbediening
Door op de eerder ingestelde toets van de handzender
te drukken, kan de poort geopend, gesloten, of stilgezet
worden.
Handmatige bediening
Bij een stroomuitval kan de poort met de hand ge-
opend of gesloten worden, zodra de aandrijving
afgekoppeld is (zie pagina 30).
31
NL