Installation Instructions
Table Of Contents
- Hoofdstuk 1 Belangrijke informatie
- Gecertificeerde installatie
- Gebruik van het product bij hoge temperaturen
- Power over Ethernet (PoE)
- TFT-displays
- Binnendringen van water
- Disclaimers
- RF-blootstelling
- FCC
- Compliance-verklaring (deel 15.19)
- FCC Interferentieverklaring (Deel 15.105 (b))
- Industry Canada
- Industry Canada (Français)
- Japanse goedkeuringen
- Conformiteitsverklaring
- Verwijdering van het product
- Beleid pixel-defecten
- Registratie garantie
- IMO en SOLAS
- Technische nauwkeurigheid
- Hoofdstuk 2 Document- en productinformatie
- Hoofdstuk 3 De installatie plannen
- Hoofdstuk 4 Kabels en aansluitingen
- 4.1 Algemene kabelleiding
- 4.2 Overzicht gS95 / gS215 / gS165–aansluitingen
- 4.3 Overzicht gS195-aansluitingen
- 4.4 Voedings- en gegevensaansluiting (gecombineerd)
- 4.5 Power over Ethernet (PoE)
- 4.6 Kaartlezerverbinding
- 4.7 Aansluiting hulpalarm
- 4.8 SeaTalkng®-verbindingen
- 4.9 NMEA 2000-aansluiting
- 4.10 SeaTalk-verbinding
- 4.11 NMEA 0183-aansluiting — voedings-/NMEA-/videokabel
- 4.12 Gigabit-netwerk
- 4.13 Sonarmodule-verbinding
- 4.14 Radarnetwerkverbinding
- 4.15 GNSS/GPS-aansluiting
- 4.16 AIS-verbinding
- 4.17 Verbinding voor snelle koersbepaling
- 4.18 Netwerkaansluiting van het toetsenbord
- 4.19 Aansluiting weerontvanger
- 4.20 Videoaansluiting — composiet
- 4.21 Camera-aansluiting (video/alarm)
- 4.22 HDMI-video-uitgang
- 4.23 IP-camera-aansluiting
- 4.24 HD-SDI-aansluiting (gS195)
- 4.25 Aansluiting thermische camera
- 4.26 Fusion-netwerkverbinding
- 4.27 Fusion NMEA 2000-aansluiting
- 4.28 Aansluiting mediaspeler
- 4.29 Verbinding Raymarine mobiele app
- 4.30 Aansluiting Bluetooth-afstandsbediening
- Hoofdstuk 5 Montage
- Hoofdstuk 6 Beginnen
- 6.1 De unit in- en uitschakelen
- 6.2 Bediening
- 6.3 Basisbediening touchscreen
- 6.4 Multi-Touch-gebaren
- 6.5 Touch-pictogrammen
- 6.6 Overzicht Home-venster — displays met alleen touchscreen
- 6.7 Pagina's
- 6.8 Toepassingen
- 6.9 Regelaars voor gesplitst scherm
- 6.10 Overzicht scherm
- 6.11 Procedures voor eerste instelling
- 6.12 Het toetsenbord koppelen
- 6.13 Stuurautomaatbediening inschakelen
- 6.14 Motoridentificatie
- 6.15 AIS-functies inschakelen
- 6.16 Gedeelde voorkeuren
- 6.17 Geheugen- en cartografiekaarten
- 6.18 Simulatormodus
- 6.19 Geheugen- en cartografiekaarten
- 6.20 Updates van systeemsoftware
- 6.21 Leermiddelen
- Hoofdstuk 7 Systeemcontroles
- Hoofdstuk 8 Uw display onderhouden
- Hoofdstuk 9 Probleemoplossing
- 9.1 Probleemoplossing
- 9.2 Probleemoplossing voeding
- 9.3 Probleemoplossing radar
- 9.4 Probleemoplossing GPS
- 9.5 Probleemoplossing sonar
- 9.6 Sonar-overspraakinterferentie
- 9.7 Probleemoplossing thermische camera
- 9.8 Probleemoplossing systeemgegevens
- 9.9 Probleemoplossing video
- 9.10 Probleemoplossing WiFi
- 9.11 Probleemoplossing Bluetooth
- 9.12 Probleemoplossing Touchscreen
- 9.13 Uitlijning van het Touchscreen
- 9.14 Probleemoplossing diversen
- Hoofdstuk 10 Technische specificaties
- Hoofdstuk 11 Technische ondersteuning
- Hoofdstuk 12 Reserveonderdelen en accessoires
- Annexes A Connectoren en pinverbindingen
- Annexes B NMEA 0183-regels
- Annexes C NMEA-gegevensbridging
- Annexes D NMEA 2000-zinnen

D12 203 -1
200 mm
(7.87 in)
350 mm
(13.8 in)
300 mm
(11.8 in
)
700 mm
(27.5 in)
500 mm
(19.7 in)
250 mm
(9.84 in)
1
2
3
4
5
6
Artikel
Kompaspositieten
opzichtevanhet
display
Minimaleveilige
afstandvanafhet
display
1Bovenkant
200mm(7,87in.)
2Achterkant
500mm(19,7in.)
3Rechterkant
350mm(13,8in.)
4
Onderkant300mm(11,8in.)
5
Voorkant
700mm(27,5in.)
6Linkerkant
250mm(9,84in.)
Letop:Vereistenvoorhet
montage-oppervlak
Ditproductiszwaar.Ommogelijkeschadeaan
hetproducten/ofuwschiptevoorkomen,dientu
devolgendeinstructiesoptevolgenVOORDAT
uhetproductinstalleert:
•Raadplaagdegewichtsinformatieinde
technischespecicatiesvoorditproducten
zorgervoordathetbedoeldemontageoppervlak
geschiktisvoorditgewicht.
•Alshetmontageoppervlaknietgeschiktisvoor
hetgewichtvanhetproduct,kanhetnodigzijn
hetmontageoppervlakteverstevigen.
•Ingevalvantwijfelschakeltueenprofessionele
installateurvoormaritiemeapparatuurinvoor
ondersteuning.
VereistenvoorplaatsingGPS
Naastdealgemenerichtlijnenvoordeplaatsingvanmaritieme
elektronicasystemendientrekeningtewordengehoudenmet
eenaantalomgevingsfactorenbijhetinstallerenvanapparatuur
meteeninterneGPS-antenne.
Plaatsvandemontage
•Montagebovendeks:
ZorgtvooroptimaleGPS-prestaties.(Voorapparatuurmetde
juistewaterbestendigheidsclassicatie.)
•Montageonderdeks:
GPS-prestatieskunnenminderzijnenhetkannodigzijn
bovendekseenexterneGPS-antennetemonteren.
D115 37 -2
1
2
3
1
2
3
1.
DezeplaatslevertdebesteGPS-prestaties(bovendeks).
2.
OpdezeplaatskunnendeGPS-prestatiesminderzijn.
3.
DezeplaatswordtNIETaanbevolenvoorGPS-antennes.
Scheepsconstructie
Deconstructievanuwschipkanvaninvloedzijnopde
GPS-prestaties.Denabijheidvanzwarecontructieszoalseen
constructieplaat,ofdebinnenkantvangrotereschepenkunnen
bijvoorbeeldzorgenvooreenverminderdGPS-signaal.Voordat
uapparatuurmeteeninterneGPS-antenneonderdeksplaatst,
adviserenwijuprofessioneeladviesintewinnenenhetgebruik
vaneenexterneGPS-antennebovendeksteoverwegen.
Weersomstandigheden
Hetweerendelocatievanhetschipkunnenvaninvloedzijn
opdeGPS-prestaties.Normaalgesprokenbiedenkalmeen
heldereweersomstandighedeneenmeernauwkeurigeGPS-x.
Schepenopextreemnoordelijkeofzuidelijkebreedtegraden
kunnenookeenzwakkerGPS-signaalontvangen.Een
onderdeksgemonteerdeGPS-antenneisgevoeligervoor
problemenmetdesignaalontvangstalsgevolgvande
weeromstandigheden.
EMC-installatierichtlijnen
ApparatuurenaccessoiresvanRaymarinevoldoenaande
toepasselijkeregelsvoorElektromagnetischeCompatibiliteit
(EMC)omelektromagnetischeinterferentietussenapparatuur
enheteffectdaarvanopdeprestatiesvanuwsysteemte
minimaliseren.
Correcteinstallatieisvereistomtegaranderendat
EMC-prestatiesnietnadeligwordenbeïnvloed.
Opmerking:IngebiedenmetextremeEMC-interferentie,
kanenigelichteinterferentiewordenwaargenomenophet
product.Wanneerditgebeurt,dientdeafstandtussenhet
productendebronvandeinterferentietewordenvergroot.
VooroptimaleEMC-prestatiesadviserenwijwaarmogelijkom:
•Raymarine-apparatuurendaaraanaangeslotenkabels:
–tenminste1m(3ft)verwijderdtehoudenvanapparatuur
ofkabelsdieradiosignalenverzendenofdragen,zoals
marifoons,kabelsenantennes.InhetgevalvanSSB-radio's
dientudeafstandtevergrotentot2m(7ft).
–meerdan2m(7ft)verwijderdtehoudenvandebaanvan
eenradarstraal.Eenradarstraalwordtnormaalgesproken
tot20gradenbovenenonderhetstralingselement
verspreid.
•Hetproducttevoedenviaeenandereaccudandeaccudie
wordtgebruiktvoorhetstartenvandemotor.Ditisvanbelang
voorhetvoorkomenvanfoutenenverliesvangegevens,
hetgeenkanoptredenalsdemotornietmeteenaparteaccu
wordtgestart.
Deinstallatieplannen
27