User manual

83
b) Zender
Gebruik voor de zender ofwel batterijen ofwel accu´s.
Vervang steeds de hele reeks batterijen/accu's in de ontvanger en zender.
Bij gebruik van accu's in de zender neemt de bedrijfsduur door de lagere spanning (nominale spanning batterij =
1,5 V; accu = 1,2 V) af.
Als u toch accu's wilt gebruiken, raden wij u aan om NiMH-accu's met lage zelfontlading te gebruiken.
Als u het product langere tijd niet gebruikt (bv. als u het opbergt), moet u de in de zender geplaatste batterijen/accu´s
verwijderen om beschadigingen door lekkende batterijen/accu´s te voorkomen.
c) Voertuig
Gebruik voor het voertuig uitsluitend twee Li-Ionaccu's van het type "17500" (nominale spanning telkens 3,7 V).
Plaats nooit andere accu's of batterijen in het voertuig.
Als u het product langere tijd niet gebruikt (b.v. als u het opbergt), moet u de in het voertuig geplaatste accu’s ver-
wijderen om beschadigingen door lekkende accu’s te voorkomen.
Plaats nooit andere accu's met een verschillende laadtoestand in het voertuig. Bij gebruik van het voertuig kan het
anders tot diepontlading van een accu komen, waardoor deze permanent beschadigd raakt
Gebruik altijd twee identieke Li-Ionaccu's voor het voertuig (dezelfde fabrikant, hetzelfde type, dezelfde capaciteit).
Laad beide meegeleverde Li-Ionaccu's uitsluitend via het meegeleverde laadapparaat op. Gebruik nooit een ander
laadapparaat. Dit kan tot brand of explosie van de Li-Ionaccu's leiden.