User manual
106
De grijs gemarkeerde waarden zijn de door de fabrikant uitgevoerde basisinstellingen op het moment dat
deze gebruiksaanwijzing werd geschreven. Mogelijks heeft de rijregelaar van uw voertuig een andere ba-
sisinstelling. Let in dat geval op het aantal knippersignalen van de rode led.
Beschrijving van de instelfuncties:
• Functie#1,groeneledknippert1xkort:Rijfunctie
De rijregelaar kan hier tussen de twee rijfuncties „vooruit/rem“ en „vooruit/rem/achteruit“ worden omgeschakeld.
Aan de hand van de instelling „Vooruit/rem“ is het achteruit rijden uitschakelbaar, dit wordt bij wedstrijden vaak
verlengd.
• Functie#2,groeneledknippert2xkort:Motorrem
Als u het gas van de zender wegneemt resp. de gas-/remhendel op de zender naar de neutrale stand terug be-
weegt, zal het voertuig vanzelf verlangzamen. De werking is daarmee precies hetzelfde als de motorremfunctie bij
een „echte” auto, als u het gaspedaal loslaat, maar nog niet op het rempedaal trapt.
Bovendien komt dit met de remfunctie, die een traditionele elektromotor heeft, overeen (een Brushless-elektromotor
beschikt niet over sterke magneten, die de rotor afremmen).
• Functie#3,groeneledknippert3xkort:Onderspanningsbescherming
Als LiPo-rijaccu wordt gebruikt, moet absoluut de onderspanningsbeveiliging worden geactiveerd (bijv. wij raden
tenminste 3,0 V per cel aan). Bij gebruik van een LiPo-accu zonder onderspanningsbescherming wordt de LiPo-
accu door een diepontlading permanent beschadigd!
Als de rijregelaar bij een 2-cellige LiPo-accu (volledig opgeladen ca. 8,4 V) en een uitschakelspanning van 3,0 V/cel
een accuspanning van 6,0 V meet, schakelt de motor uit om een diepontlading van de LiPo-accu te vermijden.
Bij gebruik van een NiMH-rijaccu moet u de onderspanningsbeveiliging uitschakelen. Anders stelt u de onderspan-
ningsbeveiliging op 2,6 V/cel in.
Wanneer de spanning van een NiMH-/NiCd-rijaccu na het inschakelen van de rijregelaar onder de 9 V ligt, interpre-
teert de rijregelaar dit als een 2-cellige LiPo-accu. Het uitschakelen zou dan bij 5,2 V (2 x 2,6 V) gebeuren.
Als de spanning van een 6-cellige NiMH-/NiCd-rijaccu echter boven de 9 V (bijvoorbeeld bij accu‘s met
een relatief hoge spanningsstand of pas opgeladen accu‘s), interpreteert de rijregelaar dit als een 3-cellige
LiPo-accu. Het uitschakelen zou dan bij 7,8 V (3 x 2,6 V) gebeuren, wat natuurlijk ongewenst is. In dit geval
moet de bovenspanningsbeveiliging worden uitgeschakeld.
Rode LED knippert.... (+ pieptoon)
Groene LED
knippert
(+ pieptoon)
1x kort 2x kort 3x kort 4x kort 1x lang 1x lang,
1x kort
1x lang,
2x kort
1x lang,
3x kort
1 Rijfunctie 1x kort Vooruit/rem Vooruit/Rem/
Achteruit
2 Motorrem 2x kort 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 40%
3Onderspannings-
bescherming
3x kort Uitgeschakeld 2,6 V/cel 2,8 V/cel 3,0 V/cel 3,2 V/cel 3,4 V/cel
4 Startmodus 4x kort Langzaam Normaal Snel Zeer snel
5 Maximale remkracht 5x kort 25% 50% 75% 100%
Functie