User manual

135
d) Functiecontrole van gas/rem uitvoeren
De posities van de stelringen (van de mechanische eindaanslagen), van de aanslagveren op de gasstang en de rem-
stang zijn af fabriek ingesteld. Deze zijn aan de mechanische eindaanslagen van de carburator en de schijfremmen
aangepast. De gas-/remstang hoeft verder niet meer te worden afgesteld.
Het kan echter gebeuren dat na lang gebruik de remvoeringen versleten zijn of de stelringen los en daarom opnieuw
moeten worden vastgemaakt. Wanneer de rem verkeerd is ingesteld en voortdurend sleept, slijten de remvoeringen
en de remschijf voortijdig!
De gas/remstangen hebben het volgende effect:
Volgas (A): De carburatorschuif is volledig uitgetrokken, de rem werkt niet.
Stationair (B): De carburatorschuif is helemaal ingeduwd (luchtspleet voor stationair draaien), de stelringen aan de
remhendels liggen los, de rem is bedrijfsklaar, maar werkt nog niet.
Remmen (C): De gasstang drukt tegen de veerweerstand, de remstang drukt de remschoenen tegen de remhen-
del.
Afbeelding 5
A B C
Afbeelding 6