User manual

93
• Bijzwakkebatterijen(ofaccu´s)indeafstandsbedieningzaldereikwijdteverminderen.Vervangdebatterijenof
accu´s door nieuwe.
Als de rijaccu in het voertuig zwak wordt, zal het voertuig langzamer rijden of niet meer correct op de zender reage-
ren.
De rijaccu in het voertuig dient niet voor de stroomverzorging van de motor via de rijregelaar, maar de rijre-
gelaar veroorzaakt ook de voor de werking nodige spanning/stroom voor de ontvanger en de stuurservo.
Daartoe is in de rijregelaar een zgn. BEC (Engels „Battery Eliminator Circuit“, elektronsiche schakeling voor
directespanningsverzorgingvandeontvangerzonderextraontvangeraccu).
Bij te lage spanning van de rijaccu kan ook de spanning aan de ontvanger verlagen, wat ervoor zorgt dat het
voertuig niet meer op de stuurbevelen van zender regeert.
In dit geval beëindigt u het rijden onmiddellijk (rijregelaar uitschakelen, rijaccu ver van het voertuig scheiden, zender
uitschakelen). Vervang daarna de rijaccu van het voertuig of laad de rijaccu opnieuw op.
• Zoweldemotorendeaandrijvingalsderijregelaarenderij-accuvanhetvoertuigwordenwarmtijdenshetgebruik.
Houd voor elke vervanging van de accu en een nieuwe rijcyclus een pauze van minstens 5 - 10 minuten.
Laat de rijaccu voor een oplaadsessie volledig afkoelen.
Raak de motor, rijregelaar en rijaccu niet aan tot deze afgekoeld zijn. Verbrandingsgevaar!