Operation Manual

nu654-5_fra_G5.qxd 3/06/02 15:15 Page 5.29
nu654-4 - CLIO II
C:\Documentum\Checkout\nu654-5_nel_T5.WIN 2/7/2002 16:03
- page 29
5.29
STORINGEN
Wanneer uw auto wordt onderhouden volgens het RENAULT onderhoudsprogramma, zal deze geen storingen vertonen
die hem langdurig buiten werking stellen.
Onderstaande aanwijzingen helpen u eventuele storingen snel, maar voorlopig, te verhelpen. Laat de auto echter wel zo
spoedig mogelijk door een RENAULT-dealer nakijken.
U schakelt de startmotor in OORZAKEN WAT TE DOEN
Er gebeurt niets; de controlelampjes
gaan niet branden, de startmotor
draait niet.
Accukabel zit los of is geoxideerd. Controleer de accupoolklemmen:
schuur ze blank als ze geoxideerd zijn
en zet ze goed vast.
De accu is ontladen. Laad de accu op of gebruik een hulp-
accu.
De accu is defect. Vervang de accu.
De controlelampjes gaan steeds
zwakker branden, de startmotor draait
zeer langzaam.
De accupolen zijn geoxideerd of zitten
niet goed vast.
Controleer de accupoolklemmen.
Schuur ze blank als ze geoxideerd zijn
en zet ze goed vast.
De accu is ontladen. Laad de accu op of gebruik een hulp-
accu.
De motor start moeilijk bij vochtig
weer of na een wasbeurt.
Slechte ontsteking: vocht in het ont-
stekingssysteem.
Maak de bougiekabels en de bobineka-
bel droog.
De warme motor start moeilijk. Dampbellen in het brandstofcircuit. Laat de motor afkoelen.
Onvoldoende compressie. Raadpleeg een RENAULT-dealer.