Operation Manual

1
nu654-5_fra_G1.qxd 3/06/02 14:37 Page 1.19
nu654-4 - CLIO II
C:\Documentum\Checkout\nu654-5_nel_T1.WIN 2/7/2002 15:43
- page 27
1.19
AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN VOORIN (vervolg)
Hier volgen een aantal waarschu-
wingen en aanwijzingen om elke
belemmering bij het opblazen van
de airbag(s) of verwonding door
rondvliegende voorwerpen te
voorkomen.
Airbag in het stuurwiel
Verander niets aan het stuurwiel of de naafdop.
Dek de naafdop niet af.
Bevestig geen voorwerpen (speldjes, logo's, klokje, telefoonhouder, enz.)
op het stuurwiel.
Het stuurwiel mag niet worden gedemonteerd. Uitsluitend speciaal opge-
leide RENAULT-monteurs mogen er aan werken.
Ga niet te dicht achter het stuurwiel zitten, maar rijd met licht gebogen ar-
men ( zie paragraaf “Afstellen juiste zithouding” van hoofdstuk 1), zodat er
voldoende ruimte overblijft voor een goede en effectieve beveiliging door
de airbag.
Waarschuwingen inzake de passagiersairbag 1
Plak of bevestig niets (speldjes, logo's, klokjes, telefoonhouder, enz.) op het
dashboard aan de kant van de voorpassagier;
Houd de ruimte tussen het dashboard en de voorpassagier vrij (geen dier of
pakjes op schoot, geen paraplu of wandelstok tegen het dashboard zetten).
Laat de passagier nooit zijn voeten op het dashboard leggen. Dit kan zeer
gevaarlijk zijn. Kom niet te dicht (met knieën, hoofd of handen) bij het
dashboard.
ER MAG ALLEEN EEN KINDERZITJE OP DE VOORSTOEL
WORDEN GEBRUIKT WANNEER DE PASSAGIERSAIRBAG
VAN TEVOREN UITGESCHAKELD IS.
(Raadpleeg de paragraaf “uitschakelen passagiersairbag
voorin” in hoofdstuk 1.)