Operation Manual
5.31
STORINGEN (1/6)
Gebruik van de RENAULT card MOGELIJKE OORZAKEN WAT TE DOEN
De RENAULT card werkt niet voor het ont-
grendelen of vergrendelen van de portie-
ren.
Batterij van de card leeg. Vervang de batterij. U kunt uw auto altijd ver-
grendelen, ontgrendelen en starten (raadpleeg
de paragrafen “Portieren vergrendelen, ontgren-
delen” in hoofdstuk 1 en “Starten, stoppen van
de motor” in hoofdstuk 2).
Gebruik van apparaten die op dezelfde
frequentie als de card werken (mobiele te-
lefoon, enz.).
Schakel de apparatuur uit of gebruik de in-
gebouwde sleutel (raadpleeg de paragraaf
“Portieren vergrendelen, ontgrendelen” in
hoofdstuk 1).
De auto bevindt zich in een sterk elektro-
magnetisch veld.
Accu van de auto ontladen.
Gebruik de in de card ingebouwde sleutel (raad-
pleeg de paragraaf “Portieren vergrendelen, on-
tgrendelen” in hoofdstuk 1).
De boodschap “Breng kaart naar
startknop” verschijnt op het instrumen-
tenpaneel.
Houdt de card tegen de startknop tot de boods-
chap op het instrumentenpaneel dooft en druk
de knop vervolgens gedurende ongeveer 2 se-
conden in.