Operation Manual
1.46
KINDERVEILIGHEID: installatie van het kinderzitje, algemeen (2/2)
Zitplaats achterin
Een reiswieg wordt dwars in de auto geïn-
stalleerd en neemt ten minste twee zitplaat-
sen in beslag. Plaats het hoofd van het kind
aan de tegenover het portier gelegen kant.
Zet de voorstoel van de auto zo ver moge-
lijk naar voren om een kinderzitje achterste-
voren te installeren, en zet deze daarna zo
ver mogelijk terug zonder dat deze tegen het
kinderzitje komt.
Voor de veiligheid van het vooruit geplaatste
kind:
– Zet de desbetreffende stoel zo ver moge-
lijk naar achteren;
– Zet de stoel voor het kind naar voren en
stel de positie van de rugleuning in om
contact tussen de stoel en de benen van
het kind te vermijden.
Verwijder in ieder geval de hoofdsteun
van de stoel achteraan waarop het kinder-
zitje is geplaatst (raadpleeg de paragraaf
“Hoofdsteunen achter” in hoofdstuk 3). Zet
de stoel van de auto indien nodig zo ver
mogelijk naar achteren. Dit moet gebeuren
voordat u het kinderzitje plaatst.
Controleer of het kinderzitje goed tegen de
rugleuning van de stoel van de auto rust.
Controleer of het kinderzitje
of de voeten van het kind het
goed vergrendelen van de
stoel ervoor niet belemmeren.
Raadpleeg de paragrafen “Voorstoel” in
hoofdstuk 1 of “ Gebruiksmogelijkheden
van de achterbank” in hoofdstuk 3.
De vloer van uw auto be-
schikt over opbergruimtes.
Controleer, voordat u een kin-
derzitje met poot monteert, of
dit zitje hier gemonteerd kan worden.
Raadpleeg de lijst met auto’s waarvoor
het kinderzitje geschikt is die geleverd is
bij het kinderzitje.
Risico van ernstige verwondingen bij
plotseling remmen of in geval van een
ongeluk.
Controleer bij monteren van
een kinderzitje (verhoging
Groep 2 of 3) of de autogordel
goed werkt (oprolt): raadpleeg
de paragraaf “Autogordels achterin” in
hoofdstuk 1. Pas indien nodig de stand
van de autostoel aan.
Voor auto’s met zeven zitplaat-
sen mag een kinderzitje met
steun nooit op de achterstoe-
len van de derde rij worden ge-
plaatst.
Voor auto’s met zeven zitplaatsen moet u de
achterstoelen van de tweede rij zo veel mo-
gelijk naar voren zetten voordat u een kind
op de achterstoelen van de derde rij zet.