Operation Manual

1.69
CONTROLE- EN WAARSCHUWINGSLAMPJES (6/6)
De hierna beschreven weergave informatie HANGT AF VAN DE UITRUSTING VAN DE AUTO EN VAN HET LAND.
Op de spiegel B
Passagiersairbag ON
Raadpleeg de paragraaf
“Kinderveiligheid: uitschakelen/inschakelen
van de passagiersairbag voorin” in hoofd-
stuk 1.
¹
Passagiersairbag OFF
Raadpleeg de paragraaf
“Kinderveiligheid: uitschakelen/inschakelen
van de passagiersairbag voorin” in hoofd-
stuk 1.
B
ß
Waarschuwingslampje vergeten
autogordel van de bestuurder
en, afhankelijk van de auto, van de voor-
passagier.
Het licht op in de spiegel bij het aanzetten
van het contact en daarna, als de gordel
van de bestuurder of passagier voorin (als
de stoel bezet is) niet vastgemaakt is en de
auto ongeveer 20 km/uur bereikt, knippert
het en klinkt gedurende ongeveer 120 se-
conden een geluidssignaal.
N.B.: een voorwerp op de zitting van de pas-
sagiersstoel kan het waarschuwingslampje
inschakelen.