Operation Manual
1.95
BRANDSTOFTANK (1/3)
A
3
2
Soort brandstof
Gebruik brandstof van goede kwaliteit
die overeenkomt met de normen die in elk
land zijn vastgelegd en beslist overeenkomt
met de indicaties op de sticker op klepje A.
Raadpleeg de paragraaf “Gegevens van de
motor” in hoofdstuk 6.
Bruikbare inhoud van de tank:
– ongeveer 55 liter voor de uitvoeringen
met tweewielaandrijving;
– 65 liter voor de uitvoeringen met vierwiel-
aandrijving.
Trek om het klepje A te openen aan de
schakelaar 1.
Tijdens het tanken gebruikt u de houder 3 op
het klepje A om de dop 2 aan op te hangen.
Controleer na het tanken, of de dop en
het klepje gesloten zijn.
Vermeng de dieselbrandstof
nooit met benzine (loodvrij of
E85), zelfs niet een kleine hoe-
veelheid.
Gebruik geen ethanol als uw auto hier
niet voor aangepast is.
Voeg geen toevoegmiddel toe aan de
brandstof, anders kan de motor bescha-
digd raken.
Benzinemotor
Gebruik uitsluitend ongelode benzine.
Het octaangehalte (RON) moet over-
een komen met de indicaties op de sticker
op het klepje A. Raadpleeg de paragraaf
“Gegevens van de motor” in hoofdstuk 6.
Dieselmotor
Gebruik uitsluitend dieselbrandstof die
overeenkomt met de indicaties op de sticker
aan de binnenkant van het klepje A.
1