Operation Manual
3.15
ELEKTRISCHE RUITBEDIENING (1/2)
Deze systemen werken met het contact
aan.
Druk op of trek aan de schakelaar van een
ruit om deze omlaag of omhoog te zetten
tot de gewenste stand is bereikt: de ruiten
achter kunnen niet geheel omlaag gaan.
Vanaf de bestuurdersplaats bedient u de
schakelaar:
1 voor de bestuurderskant;
3 voor de passagierskant voor;
4 en 5 voor de passagiers achterin.
Vanaf de passagiersplaatsen bedient u de
schakelaar 6.
1
3
4
5
6
Leg nooit iets op de bovenkant van een
ruit: risico van beschadiging van de ruit-
bediening.
Veiligheid inzittenden
De bestuurder kan de wer-
king van de ruitbediening van
de passagiers voor en achter
uitschakelen voor alle inzittenden,
met inbegrip van hemzelf, door op de
schakelaar 2 te drukken. Op het instru-
mentenpaneel wordt een bevestigings-
boodschap weergegeven.
Verantwoordelijkheid van de bestuur-
der
Laat uw sleutel of RENAULT card nooit,
zelfs niet eventjes, in de auto liggen als
u de auto verlaat en er een kind (of dier)
in de auto zit. Het kan zichzelf of ande-
ren in gevaar brengen door de motor te
starten, door organen te bedienen zoals
bijvoorbeeld de ruitbediening, of de por-
tieren te vergrendelen. In geval van be-
knelling van een lichaamsdeel draait u
direct de bewegingsrichting van de ruit
om door te drukken op de betreffende
schakelaar.
Risico van ernstige verwondingen.
2