Operation Manual

5.24
ZEKERINGEN (2/3)
1
Tangetje 1
Maak de zekering los met behulp van het
tangetje 1 dat zich op de zekeringenplaat
bevindt.
U kunt de zekering uit het tangetje schuiven.
Gebruik niet de ongebruikte plaatsen op de
zekeringplaat om reservezekeringen in te
steken.
Raak de kabelbundels en de stekkers
niet aan.
Raadpleeg de sticker met de verklaring van
de zekeringen in de opbergruimte A, B of C.
Bepaalde zekeringen moeten door een
vakman worden vervangen. Deze zekerin-
gen vindt u niet op de sticker.
U mag enkel werkzaamheden uitvoeren aan
de zekeringen die zijn aangegeven op de
sticker.
Controleer de betreffende ze-
kering en vervang hem, indien
nodig, door een zekering met
hetzelfde amperage als de
oorspronkelijke zekering.
Door een te sterke zekering kan de be-
drading te heet worden en kan brand
ontstaan als een elektrisch orgaan door
een storing te veel stroom verbruikt.