Operation Manual
5.31
SLEPEN: pechhulp (1/2)
Voordat u gaat slepen, moet u de versnel-
lingsbak in neutraal zetten, de stuurkolom
ontgrendelen en vervolgens de parkeerrem
loszetten.
Voor auto’s met een automatische transmis-
sie moet u een beroep doen op een merk-
dealer als u de versnellingshendel niet in
stand N kunt zetten.
Stuurkolomontgrendeling
Steek de sleutel in het contactslot of druk,
afhankelijk van de auto, met de RENAULT-
card bij de hand gedurende twee seconden
op de startknop van de motor.
Zet de hendel terug in neutraal (stand N voor
een auto met automatische transmissie)
De stuurkolom wordt ontgrendeld, de acces-
soires worden gevoed: u kunt de verlichting
van de auto gebruiken (richtingaanwijzers,
remlichten, enz.). ‘s Nachts moet de auto
zijn verlicht.
Druk, afhankelijk van de auto, na het slepen
twee keer kort op de startknop van de motor
(risico van het ontladen van de accu).
Houd u altijd aan de wettelijke bepalingen
inzake het slepen. Als u de trekkende auto
bent, overschrijd dan niet het maximaal
toegelaten aanhangergewicht van uw auto
(raadpleeg de paragraaf “Massa’s” in hoofd-
stuk 6).
Slepen van een auto met een
automatische transmissie
Vervoer de auto op een plateau of sleep
hem met beide voorwielen van de grond.
Bij uitzondering kunt u de auto laten slepen
met de vier wielen op de grond, uitsluitend
vooruit rijdend met de hendel in neutrale
stand N en over een afstand van maximaal
80 km, tegen een maximale snelheid van
25 km/u.
Indien de selecteurhendel niet
uit de stand P kan worden
verzet als u het rempedaal in-
drukt, dan kunt u de hendel als
volgt met de hand vrijzetten. Steek daar-
voor een gereedschap (onbuigzame
stang) in de gleuf 1 en druk gelijktijdig
op de knop 2 om de hendel te ontgren-
delen.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een
merkdealer.
1
2
Verwijder de contactsleutel niet
tijdens het slepen.