Operation Manual
5.38
STORINGEN (6/7)
Elektrische organen MOGELIJKE OORZAKEN WAT TE DOEN
De ruitenwisser werkt niet. Ruitenwisserbladen kleven. Maak de wisserbladen los van de ruit.
Elektrische installatie defect. Raadpleeg een merkdealer.
Zekering beschadigd. Vervang de zekering, raadpleeg de paragraaf
“Zekeringen”.
De ruitenwisser stopt niet. Elektrische verstelling defect. Raadpleeg een merkdealer.
Knipperfrequentie te hoog. Lamp doorgebrand. Raadpleeg de paragrafen “Koplamp: vervangen
van een lamp” of “Achterlichten en zijlichten:
vervangen van een lamp” in hoofdstuk 5.
De knipperlichten werken niet. Elektrische installatie of schakelaar defect. Raadpleeg een merkdealer.
Zekering beschadigd. Vervang de zekering, raadpleeg de paragraaf
“Zekeringen”.
De koplampen schakelen niet in of niet uit. Elektrische installatie of schakelaar defect. Raadpleeg een merkdealer.
Zekering beschadigd. Vervang de zekering, raadpleeg de paragraaf
“Zekeringen”.