Operation Manual

Gebruikersinstellingen (Systeeminstellingen)
40
3
Een gebruikerscode
veranderen
Opmerking
Zelfs als u een gebruikerscode wij-
zigt, zal de waarde van de teller
niet worden gewist.
A Druk op de toets {Gebruikersinstel-
lingen/Teller}.
B Selecteer [Systeeminstellingen] met
behulp van {U} of {T} en druk
vervolgens op de toets {OK}.
C Selecteer [Key Operator Toepas.] met
behulp van {U} of {T} en druk
vervolgens op de toets {OK}.
D Selecteer [Progr./wijzig gebr.code]
met behulp van {U} of {T} en
druk vervolgens op de toets {OK}.
E Selecteer [Wijzigen] met behulp
van {U} of {T} en druk vervol-
gens op de toets {OK}.
F Typ met de cijfertoetsen de gere-
gistreerde gebruikerscode die u
wilt veranderen en druk vervol-
gens op de toets {OK} of {#}.
Opmerking
Wanneer u de gebruikerscode
in de gebruikerscodelijst selec-
teert, druk dan op [Lijst]. Selec-
teer de gebruikerscode die u
wilt veranderen met behulp van
{U} of {T}, en druk vervolgens
tweemaal op de {OK}-toets.
G Typ de nieuwe gebruikerscode
met de cijfertoetsen en druk ver-
volgens op de toets {OK} of {#}.
Het bericht “
Geprogrammeerd
verschijnt, en daarna keert de “Ge-
bruikerscode” terug op het dis-
play.
H Druk op de toets {Gebruikersinstel-
lingen/Teller}.
Een gebruikerscode
verwijderen
Belangrijk
Met deze bewerking kunt u ook
gebruikerscodes verwijderen die
voor meerdere functies zijn gere-
gistreerd. De gebruikerscontrole
via de verwijderde gebruikerscode
is niet meer mogelijk.
A Druk op de toets {Gebruikersinstel-
lingen/Teller}.
B Selecteer [Systeeminstellingen] met
behulp van {U} of {T} en druk
vervolgens op de toets {OK}.
C Selecteer [Key Operator Toepas.] met
behulp van {U} of {T} en druk
vervolgens op de toets {OK}.
D Selecteer [Progr./wijzig gebr.code]
met behulp van {U} of {T} en
druk vervolgens op de toets {OK}.
E Selecteer [Verw.] met behulp van
{U} of {T} en druk vervolgens op
de toets {OK}.