Operation Manual

1
82
Diverse opnamefuncties
De flitsintensiteit instellen voor handmatige flits
De intensiteit van de interne flits kan worden ingesteld voor wanneer
de flitsmodus is ingesteld op [Handmatige flits].
1 Selecteer in het menu [Fotos nemen] de optie [Sterkte
handmatige flits] en druk vervolgens op $.
2 Druk op !" om een waarde te selecteren.
U kunt kiezen tussen de volgende fracties van de maximale flitsintensiteit:
[Vol], [1/1.4], [1/2], [1/2.8], [1/4], [1/5.6], [1/8], [1/11], [1/16], [1/22], [1/32]
en [1/64].
3 Druk op MENU/OK.
Indien de flitsmodus ingesteld is op
[Handmatige flits], dan wordt de ingestelde
waarde op het opnamescherm getoond.
Opmerking ---------------------------------------------------------------------------------------------------
In het menu [Belangrijke opties] kan [Flitssterkte] voor gebruik worden toegewezen aan de ADJ.-
schakelaar en de knoppen Fn1, Fn2 en Effect. (p.120, p.122)
De timing voor activering van de flitser instellen
U kunt bij [Flitssynchronisatie] in het menu [Foto's nemen] de timing
instellen op basis waarvan de flits wordt geactiveerd.
1e gordijn De flitser gaat onmiddellijk af nadat de belichting is gestart. (Standaardinstelling)
2e gordijn De flitser gaat af juist voordat de belichting wordt beëindigd. Wanneer bij een lage sluitertijd
opnamen worden gemaakt van een bewegend onderwerp, kan met deze functie de beweging
van het onderwerp als een lichtspoor tot uitdrukking worden gebracht.