Operation Manual
Papierdikte
Papierdikte
*1
Papiergewicht
Dun papier
*2
60 – 63 g/m
2
(16 lb. bankpost)
Norm. pap. 1 64 - 74 g/m
2
(17 - 20 lb. bankpost)
Normaal papier 2 75-90 g/m
2
(20-24 lb. bankpost)
Medium dik 91-105 g/m
2
(24-28 lb. bankpost)
Dik papier 1 106 – 135 g/m
2
(28 – 36 lb. bankpost)
*3
Dik papier 2 136–170 g/m
2
(36 lb. bankpost –63 lb. voor-/
achterblad)
Dik papier 3 171 – 220 g/m
2
(63 – 80 lb. voorblad)
*1
De afdrukkwaliteit neemt af als het door u gebruikte papier dicht bij het minimale of maximale gewicht
ligt. Wijzig de instelling voor het papiergewicht in dunner of dikker.
*2
Afhankelijk van het type dun papier kunnen de randen gaan kreukelen of kan het papier verkeerd
worden ingevoerd.
*3
Toegestane gewichten voor laden 1 tot 5 en dubbelzijdig afdrukken zijn 106 tot 120 g/m
2
(28 lb.
bankpost tot 44 lb. voor-/achterblad)-papier.
• Bepaalde papiertypen, zoals OHP-transparanten, kunnen wat meer geluid bij het bedrukken
veroorzaken dan normaal. Dit geluid wijst niet op een probleem en heeft geen invloed op de
afdrukkwaliteit.
•
De papiercapaciteit in de bovenstaande tabellen dient als voorbeeld. De werkelijke
papiercapaciteit kan lager zijn, afhankelijk van het papiertype.
• Zorg er bij het plaatsen van papier voor dat de stapelhoogte niet boven het limietteken op de
papierlade uitkomt.
• Als invoer van meerdere vellen plaatsvindt, waaiert u de vellen grondig of plaatst u de vellen een
voor een.
• Strijk gekrulde vellen glad voordat u ze plaatst.
• De kopieer-/afdruksnelheid kan lager dan gewoonlijk liggen afhankelijk van het papierformaat en
-type.
• Wanneer u dik papier plaatst van 106 – 220 g/m
2
(28 lb. bankpost – 80 lb. voorblad), zie
Pag. 157 "Dik papier".
• Voor het plaatsen van enveloppen, zie Pag. 158 "Enveloppen".
9. Papier en toner bijvullen
156