Operation Manual

Probleem Oplossing
Het beeld is wazig.
Het beeld is niet helemaal scherp.
Controleer of de lens schoon is. Voor meer informatie,
zie Pag. 155 "De lens reinigen".
Controleer de scherpte. Voor meer informatie, zie
Pag. 44 "Het brandpunt aanpassen".
Zorg ervoor dat de projectieafstand binnen het bereik
van de projector valt. Voor meer informatie, zie Pag. 29
"Relatie tussen projectieafstand en schermgrootte".
Controleer de installatiehoeken van de projector en het
scherm. Voor meer informatie, zie Pag. 42 "De hoek van
de projectie aanpassen".
Controleer de instellingen van [Scherpte] en [Fase] in
[Afbeeldingsaanpassing]. Voor meer informatie, zie
Pag. 97 "Menu Afbeeldingsaanpassing".
Het beeld is donker. Controleer de instellingen van [Helderheid] en [Contrast]
in [Afbeeldingsaanpassing]. Voor meer informatie, zie
Pag. 97 "Menu Afbeeldingsaanpassing".
Controleer of de lamp niet aan het einde van zijn
levensduur is. Voor meer informatie, zie Pag. 136
"Statusweergave".
Controleer de instellingen van [RGB-invoerbereik] in
[Afbeeldingsaanpassing]. Voor meer informatie, zie
Pag. 97 "Menu Afbeeldingsaanpassing".
Zorg ervoor dat [3D-projectie] in [Scherminstellingen] is
ingesteld op [Uit]. Voor meer informatie, zie Pag. 101
"Menu Scherminstellingen".
De kleuren zijn flets.
De tinten zijn slecht.
Controleer de instellingen van [Kleuraanpassing], [R-
niveau], [G-niveau] en [B-niveau] in
[Afbeeldingsaanpassing]. Voor meer informatie, zie
Pag. 97 "Menu Afbeeldingsaanpassing".
Controleer of het scherm schoon is.
Controleer de instellingen van [Wandkleurmodus] in
[Scherminstellingen]. Voor meer informatie, zie Pag. 101
"Menu Scherminstellingen".
Controleer of de lamp niet aan het einde van zijn
levensduur is. Voor meer informatie, zie Pag. 136
"Statusweergave".
6. Problemen oplossen
148