Operation Manual

11. Druk op [Ja].
Nadat verbinding met het netwerk gemaakt is, wordt het Wi-Fi scherm weergegeven.
12. Druk op [ ] of [ ] om [WiFi-status] te selecteren. Druk vervolgens op de [OK]-knop.
Als "Verbonden" wordt weergegeven, is de verbinding tot stand gebracht.
Als "Niet verbonden" wordt weergegeven, is er geen verbinding tot stand gebracht. Begin
opnieuw vanaf het begin.
Ad hoc modus
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u apparaten rechtstreeks via draadloos LAN kunt aansluiten,
zoals computers op een peer-to-peer netwerk.
Zorg dat [Wi-Fi-knop] is ingesteld op [Ad-hoc modus]. Voor [Wi-Fi-knop] zie Pag. 159
"Netwerkinstellingen".
In een ad-hocnetwerk moet aan elk apparaat handmatig een IP-adres voor TCP/IP worden
toegewezen als er geen DHCP-server is.
In de ad-hocmodus worden alleen Open systeem of WEP-codering ondersteund. De
verificatiemethoden WPA2-PSK en Gemengde modus WPA2/WPA worden niet ondersteund.
1. Druk op de knop [Wi-Fi].
DCT853
Als [Uitschakelen] is opgegeven voor de instelling [Wi-Fi inschakelen] kunt u de [Wi-Fi]-knop niet
gebruiken.
2. Druk op [ ] of [ ] om een communicatiekanaal te selecteren. Druk vervolgens op
[Volgende].
Selecteer een kanaal dat overeenkomt met het apparaat waarmee u het gaat verbinden.
3. Druk op [ ] of [ ] om de naam van het betreffende apparaat (IBSS) te selecteren. Druk
vervolgens op [Volgende].
Als u het apparaat niet kunt vinden, controleer dan of het apparaat is ingeschakeld.
Netwerkinstellingen configureren
33