Operation Manual

Faxbestemmingen wijzigen of verwijderen
1. Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].
DAC509
2. Druk op [ ] of [ ] om [Adresboek] te selecteren. Druk vervolgens op de [OK]-knop.
3. Als u om een wachtwoord wordt gevraagd, voer het wachtwoord dan met de
cijfertoetsen in en druk vervolgens op de [OK]-knop.
U kunt een wachtwoord voor toegang naar het [Adresboek]-menu instellen onder
[Vergr.beheerderstoepass.]. Voor meer informatie over [Vergr. beh.toepass], zie Pag. 240
"Beheerdersinstellingen".
4. Druk op [ ] of [ ] om [Snelkiesbestemming] of [Verkort kiesbestemming fax] te
selecteren. Druk vervolgens op de [OK]-knop.
5. Druk op [ ] of [ ] om [Nr. :] te selecteren en voer vervolgens met de cijfertoetsen het
gewenste snelkiesnummer (1 t/m 20) in of het verkorte kiesnummer (1 t/m 200).
Het faxnummer en de faxnaam die op dat nummer zijn geregistreerd, worden weergegeven.
6. Druk op [ ] of [ ] om [Faxnr.] te selecteren en bewerk het faxnummer dan (maximaal 40
tekens).
Als u het faxnummer wilt verwijderen, drukt u op [ ] totdat het huidige nummer wordt verwijderd.
7. Druk op [ ] of [ ] om [Naam] te selecteren en bewerk vervolgens de faxnaam
(maximaal 20 tekens).
Voor meer informatie over het invoeren van tekens, zie Pag. 155 "Tekens invoeren".
Als u de faxnaam wilt verwijderen, drukt u op [ ] totdat de huidige naam wordt verwijderd.
8. Bevestig de instelling en druk op de [OK]-knop.
9. Druk op de [Gebruikersinstellingen]-knop om terug te keren naar het beginscherm.
Faxbestemmingen registreren met Web Image Monitor
1. Open de webbrowser en verkrijg toegang tot het apparaat door het IP-adres ervan in te
vullen.
Faxbestemmingen registreren
159