Gebruikershandleiding
Gebruikershandleiding
Agility Gebruikershandleiding Belangrijke melding Deze handleiding wordt aan de volgende condities en beperkingen onderworpen: Deze handleiding bevat eigendomsinformatie die tot RISCO Group behoort. Dergelijke informatie wordt uitsluitend als doel geleverd om expliciete en juist bevoegde gebruikers van het systeem te helpen.
Agility Gebruikershandleiding Inhoudstabel Hoofdstuk 1 ‐ Inleiding ....................................................................................................... 5 1.1 Hoofdkenmerken ............................................................................................................. 5 1.2 Agility Architectuur ......................................................................................................... 6 1.3 Bedieningsmiddelen voor de Gebruiker .................................
Agility Gebruikershandleiding Pagina 4
Agility Gebruikershandleiding Hoofdstuk 1 - Inleiding Gefeliciteerd met uw aankoop van Agility – het flexibele, draadloze beveiligingssysteem van RISCO Group. De Agility is speciaal ontworpen om aan een breed bereik behoeften op het gebied van beveiliging, veiligheid en automatisering in vele huishoudelijke en commerciële toepassingen te voldoen. Agility is ontworpen om abnormale toestanden te herkennen en het systeem over de status van beschermde deuren, ramen, hal, kamers of gebieden te informeren.
Agility Gebruikershandleiding 1.2 Agility Architectuur Uw Agility bestuurt en bewaakt verschillende sensoren, detectoren en contacten die over de gehele woon‐ of werkruimte zijn geplaatst. Deze bieden externe‐, perimeter‐ en interne inbraakbescherming. Het systeem wordt bewaakt, wat inhoudt dat de centrale van elke sensor de status controleert om problemen te detecteren. Als de centrale problemen detecteert, wordt u met een zoemer ingelicht en op de centrale zelf branden indicatielampjes.
Agility Gebruikershandleiding 1.3 Bedieningsmiddelen voor de Gebruiker Het Agility‐systeem kan met verschillende apparaten worden bediend, waarvan enkele bidirectioneel zijn ontworpen. Als u een bidirectioneel apparaat hebt gekocht, kan uw systeem vanaf de centrale naar het apparaat, voor elke opdracht dat er naar verzonden wordt, een antwoord statusindicatie verzenden.
Agility Gebruikershandleiding 1.4 Statusindicaties LED-indicators De LED‐indicators bieden typische systeemindicaties zoals hieronder worden besproken. Sommige indicators hebben bijkomende functies, die later zullen worden uitgelegd. Power (Voeding)-LED De Power‐LED geeft de systeemwerking aan.
Agility Gebruikershandleiding Statusknop/Serviceoproep (luisteren & spreken) De knop op de hoofdeenheid kan als een systeemstatusindicator of als een S.O.S— knop worden gedefinieerd. Zodra ingedrukt, wordt een serviceoproep naar de meldkamer opgezet. Deze opent dan 2‐weg communicatie met het woon‐ of werkgebied.
Agility Gebruikershandleiding Bijvoorbeeld: Onderwerp: Alarm beveiligingsbericht: Inbraakalarm Systeemnaam: Woning Jan Gebeurtenis: Brandalarm, zone 5, ingang Tijd: 01 april 2008; 16:12 Partitie: Partitie 1, eerste verdieping Servicecontact: Bewakingsstation 01, 03‐5676778 Geluidsindicaties Behalve de visuele indicaties die door de LEDs van de Agility worden geleverd, produceert uw systeem na bepaalde gebeurtenissen ook hoorbare meldingen.
Agility Gebruikershandleiding Hoofdstuk 2 - Lokale Systeembediening 2.1 Uw Alarmsysteem Inschakelen Door uw alarmsysteem in te schakelen, activeren de inbraakdetectoren bij detectie een alarm. De inschakeling wordt gevolgd door een lokale melding (indien gedefinieerd). Alvorens het alarmsysteem in te schakelen, controleert u de Gereed‐LED en zorgt u dat het alarmsysteem gereed is om ingeschakeld te worden.
Agility Gebruikershandleiding Thuis (Deels) inschakelen: Deels inschakelen activeert alleen externe (perimeter‐)detectoren (zoals door uw installateur gedefinieerd). Hierdoor kunnen personen binnen blijven en vrij door het woon‐/werkgebied bewegen terwijl het alarmsysteem gedeeltelijk is ingeschakeld.
Agility Gebruikershandleiding Druk op de knop ± of knop 4 (indien gedefinieerd. Vraag advies aan uw installateur) SMS verzenden: [Code][IN of DEELS] [Partitie 1,2 of 3]. Voorbeeld 1234IN1. Raadpleeg pagina 22 voor meer informatie Geforceerd inschakelen: Bij geforceerd inschakelen wordt het alarmsysteem ongeacht open zones ingeschakeld. Uw installateur moet deze optie activeren. Opmerking: Geforceerd inschakelen resulteert erin dat een deel van het systeem onbeveiligd blijft.
Agility Gebruikershandleiding 2.2 Uw Alarmsysteem Uitschakelen Door uw alarmsysteem uit te schakelen, activeren de inbraakdetectoren bij detectie geen alarm. Als u het woon‐/werkgebied betreedt, begint de Inloopvertraging af te tellen. Om te voorkomen dat het systeem een alarm activeert, dient u binnen de Inloopvertragingstijd het alarmsysteem uit te schakelen. De uitschakeling van het alarmsysteem wordt gevolgd door een lokale melding (indien gedefinieerd).
Agility Gebruikershandleiding Partitie uitschakelen: Door een partitie uit te schakelen, kunt u binnen een ingeschakeld alarmsysteem individuele partities uitschakelen. Uitschakelen met Procedure voor partitie uitschakelen Snelmodus: / / > Hoge beveiligingsmodus: / / > / / > > Code + code of proximity tag. Druk op de knop ² . Alle partities die aan de knop zijn toegewezen worden uitgeschakeld SMS verzenden: [Code][UIT] [Partitie 1,2 of 3]. Voorbeeld 1234UIT1.
Agility Gebruikershandleiding Opmerking: Als zich in het systeem een alarm heeft voorgedaan, wordt u aangeraden het woon‐ /werkgebied te verlaten. Pas na een politieonderzoek kunt u zich verzekeren dat de inbreker zich niet meer in uw woon‐/werkgebied bevindt en kunt u opnieuw naar binnen gaan. In speciale gevallen (indien door uw installateur geprogrammeerd), kan het zijn dat na een alarm het inschakelen van het alarmsysteem een technische code vereist.
Agility Gebruikershandleiding 2.3 Een Paniekalarm Verzenden In geval van nood, kunt u met paniekalarmen een bericht naar de meldkamer verzenden, een bericht naar een Volg‐Mij nummer verzenden, een lokaal bericht melden of een lokaal alarm activeren. Paniekalarmen kunnen worden ingesteld om stil werkzaam te zijn (raadpleeg uw installateur voor meer informatie). Een paniekalarm verzenden met Procedure Druk gelijktijdig op beide knoppen Druk gelijktijdig op beide knoppen en en . .
Agility Gebruikershandleiding Hoofdstuk 3 - Systeembediening op Afstand 3.1 Telefoonbediening op Afstand Met de Agility kunt u het systeem vanaf een druktoetstelefoon op afstand bedienen. Hiervoor kunt u een telefoongesprek voeren naar of van het systeem en via spraakmenuʹs de door u vereiste handeling op afstand uitvoeren. Externe Toegang tot het Systeem Externe toegang tot het systeem vereist een oproep die naar het systeem wordt uitgevoerd.
Agility Gebruikershandleiding Gesproken Gebruikersmenu Het Gesproken Gebruikersmenu meldt opties en instructies over hoe u de systeemfuncties kunt gebruiken. De opties in het Gebruikersmenu verschillen al naar gelang de systeemstatus en uw toegangsrechten.
Agility Gebruikershandleiding Oproepen van het Systeem Ontvangen Zodra zich een gebeurtenis voordoet, zoals een alarmactivering, informeert het systeem u over bijvoorbeeld inbraak of brand, door u op te bellen en een vooraf opgenomen meldingsbericht voor gebeurtenissen af te spelen, gevolgd door het menu Bevestigen. Het systeem kan tot 16 Volg‐Mij nummers opbellen waardoor u, een familielid of buurman/vrouw over de beveiligingssituatie kunnen worden ingelicht.
Agility Gebruikershandleiding Bevestigen en naar het gebruikersmenu gaan In het Gesproken Gebruikersmenu vindt u een lijst van beschikbare opties om uw systeem van op afstand te bedienen. Inluisteren en spreken Met deze optie kunt u een bidirectionele communicatie uitvoeren.
Agility Gebruikershandleiding 3.2 SMS Handelingen SMS Bediening op Afstand Met de Agility kunt u bedieningshandelingen op afstand uitvoeren door eenvoudige SMS‐ opdrachten te gebruiken. De volgende tabel beschrijft de SMS‐opdrachten en de reactie van het systeem op deze opdrachten. Opmerking: Deze toepassing is alleen beschikbaar als uw alarmsysteem is uitgerust met een GSM/GPRS‐module.
Agility Gebruikershandleiding Opmerkingen: SMS opdrachten kunnen van elke mobiele telefoon en van een SMS website worden verzonden. Woorden in opdrachten zijn niet hoofdlettergevoelig. Een scheidingsteken tussen opdrachtwoorden is niet vereist, alhoewel het aanvaard wordt. SMS Bevestigingsbericht Naar de gebruiker wordt, op verzoek, en door aan het einde van de hierboven getoonde SMS‐berichten de letters ʺAWʺ toe te voegen, een bevestigingsbericht na een SMS‐ handeling verstuurt.
Agility Gebruikershandleiding Hoofdstuk 4 - Gebruikersfuncties en Instellingen De functies en instellingen die in dit hoofdstuk worden beschreven, kunnen alleen via uw keypad en de Configuratiesoftware worden uitgevoerd. Dit hoofdstuk verwijst naar deze functies en instellingen zoals ze via het keypad worden uitgevoerd. Raadpleeg de handleiding van de Configuratiesoftware voor meer informatie betreffende hoe deze functies en instellingen via de Configuratiesoftware worden uitgevoerd.
Agility Gebruikershandleiding Gebruikerscodes Instellen/Wijzigen De gebruiker aan wie het bevoegdheidsniveau Grand Master wordt toegewezen, kan alle gebruikerscodes wijzigen, maar niet de cijfers van de gebruikerscodes bekijken. Gebruikers met andere bevoegdheidsniveaus kunnen alleen hun eigen codes wijzigen. Het alarmsysteem moet worden uitgeschakeld om gebruikerscodes in te stellen of te wijzigen. Om een gebruikerscode in te stellen/te wijzigen, gaat u als volgt te werk: 1. Druk op 2.
Agility Gebruikershandleiding 3. Gebruik de pijltjestoetsen om te bladeren en het gebruikersnummer te selecteren dat u wilt wissen. Daarna drukt u op 4. De display toont het volgende: ʺWis Gebruiker. Bent u zeker?ʺ. Gebruik de toets om [J] te selecteren en druk op . Indien geslaagd, hoort u een enkele pieptoon ter bevestiging. Zo niet, dan hoort u 3 snelle foutpieptonen. 5. Herhaal de stappen hierboven om bijkomende codes te wissen 4.
Agility Gebruikershandleiding Een Proximity Tag Wissen Proximity tags kunnen volgens de volgende twee opties worden gewist: Per gebruikersnummer: Gebruik deze optie om een tag te verwijderen waarvoor de gebruiker bekend is. Per tag: Gebruik deze optie om een tag te verwijderen waarvoor de gebruiker onbekend is. Om per gebruiker te wissen, gaat u als volgt te werk: 1. Volg stappen 1‐4 van de vorige procedure (zie Gebruikerscodes Instellen/Wijzigen) 2. Blader in het menu naar de optie Wis Per Gebruiker.
Agility Gebruikershandleiding 6. Voer het telefoonnummer, inclusief kengetal (indien vereist) in, of een e‐ mailadres, zoals op het scherm wordt verzocht. Daarna drukt u op In het telefoonnummer kunnen tot 32 cijfers worden opgenomen. 7. Indien vereist, gebruikt u de speciale functies die hieronder worden beschreven om het overeenkomstige effect te bereiken.
Agility Gebruikershandleiding Om een wekelijks programma (tijdschema) uit te schakelen, gaat u als volgt te werk: 1. Druk op 2. Voer uw gebruikerscode in 3. Blader met de pijltjestoetsen door het menu naar de optie Tijdfuncties en druk op 4. Druk op 5. Selecteer het nummer van het tijdschema. Gebruik de en ga naar het menu Tijdschema’s toets om het te activeren/deactiveren en druk op 4.5 Volledig Menu van Gebruikersfuncties De Agility komt met verschillende, selecteerbare gebruikersfuncties.
Agility Gebruikershandleiding Grand Master Gebruiker Installateur √ ‐ √ √ √ ‐ Overbrug fouten: Gebruikt om alle fouten in het systeem te bevestigen om inschakelen toe te laten √ √ ‐ Anti‐code: Indien door uw installateur gedefinieerd, kan de Agility worden ingesteld om na een alarm of sabotage niet gereed te zijn om in te schakelen. Om het systeem naar de Normale modus te herstellen, dient een installatiecode of een Anti‐code te worden ingevoerd.
Agility Gebruikershandleiding Grand Master Gebruiker Installateur Geavanceerd Æ Herstel Alarm: De gebruiker moet een alarm dat zich in het systeem heeft voorgedaan goedkeuren.
Agility Gebruikershandleiding Handeling Tijdschema’s: Hiermee kunt u voorgeprogrammeerde tijdschema’s, die door uw installateur werden gedefinieerd, activeren of deactiveren. In het systeem kunnen max. 8 wekelijkse programma’s worden gedefinieerd.
Agility Gebruikershandleiding Hoofdstuk 5 - Systeemspecificaties De volgende technische kenmerken zijn van toepassing op de Agility: Elektrische Kenmerken Voedingsspanning Stroomverbruik Backup Accu Afmetingen Accu (HxBxD) Interne Sirene intensiteit Werkingstemperatuur Opslagtemperatuur Fysieke Kenmerken Afmetingen (HxBxD) Gewicht (zonder accu) Draadloze Kenmerken RF immuniteit Frequentie 230VAC (‐15%+10%), 50Hz, 50mA Optioneel: 9VAC, 50‐60Hz Hoofdkaart: Standaard 130 mA GSM: Stand‐by 35 mA, in communica
Agility Gebruikershandleiding Hoofdstuk 6 - EN 50131 Normering Verklaring van Naleving der Norm Hierbij verklaart RISCO Group dat de Agility‐serie van centrales en accessoires zijn ontworpen om te voldoen aan: EN50131‐1, EN50131‐3 Graad 2 EN50130‐5 Omgevingsklasse II EN50131‐6 Type A UK: PD 6662:2004, ACPO DD243:2004 (Politie) Mogelijke Logische Sleutel Berekeningen: Logische codes zijn codes die in het draadloze keypad worden getoetst om niveau 2 (gebruikers) en niveau 3 (installateur) toegang te verlenen
Notities
Beperkte garantie van RISCO Group RISCO Group en haar dochtermaatschappijen en filialen (ʺVerkoperʺ) garanderen dat haar producten bij normaal gebruik, gedurende 24 maanden vanaf de fabricatiedatum, vrij zijn van defecten in materialen en uitvoering.
Beveiligingsapparatuur Draadloze WatchOUT IP Camera’s Sirenes Meldkamer iWAVE PIR/PET Glasbreuk Detectoren Detectoren Volledig Draadloze Interne en Externe Sirenes Universele Schok Detectoren Zenders/ Magneetcontacten Beveiligingspaneel Configura eso ware op Afstand Home Safety Apparatuur IP/GSM Video Verifica e Ontvanger So ware Gebruikerscontrole Rook Melder Waterlek Melder Gas Melder CO/ Koolmonoxide Melders Keypads,Keyfobs,Paniek Home Automa on SMS Meldingen Webbrowser Beheer Spraak Ber