Operation Manual

Handleiding KM-5-serie
20
PROBLEMEN:
6.1 Machine start niet:
Is er voldoende persluchtdruk? Als de machine (ook heel kortstondig) onder 4 bar
gaat, valt ze stil.
Controleer de noodstops.
De cabine moet volledig gesloten zijn.
Controleer de zekeringen en de voeding.
6.2 Onregelmatige voeding kantenband:
De persluchtdruk controleren: tussen 6 en 7 bar.
Voer een paneel door. De druk op MR-3 moet ongeveer 0,9 bar zijn. (deze is
normaal 0, de druk is er enkel als deze bekrachtigd wordt voor +- 1.5 seconden).
Check de spanning van de V-riem op de transmissiebox.
Voedingsrollen in slechte conditie of positie.
6.3 De zaageenheid verschuift het paneel:
Lees eerst het gedeelte over de zaageenheid volledig en zet de persluchtdruk
correct.
Sluit de perslucht af en beweeg de unit manueel. Dit moet vlot bewegen.
Reinig en smeer de geleiders..
Zorg voor de juist druk van de drukrollen en zorg dat ze proper en gesmeerd zijn.
6.4 Onregelmatig frezen:
De machine moet proper zijn, anders kunnen de voelers hun werk niet doen.
6.5 Het paneel beweegt:
De machine moet proper zijn, anders kan de werking niet gegarandeerd worden.
Zijn de klemmen op de drukregeling aangespannen?
Zorg voor de juiste druk van de drukrollen.
6.6 Ongelijk lijmen:
Herlees de sectie over de lijmpot volledig.
Controleer de toestand van de lijm.
Controleer de druk van de lijmrol.
Reinig de lijmpot.