Operation Manual

246
Externe apparaten aansluiten
Door een extern MIDI apparaat aan te sluiten en
uitvoeringsdata uit te wisselen, kunt u de uitvoeringen op één
apparaat vanaf het andere besturen. U kunt bijvoorbeeld
geluid van het andere instrument uitsturen of op het andere
instrument van geluid veranderen.
Wat is MIDI?
MIDI, een afkorting van ‘Musical Instrument Digital Interface’,
werd ontwikkeld als een standaard voor het uitwisselen van
uitvoeringsdata tussen elektronische instrumenten en
computers.
De ATELIER is uitgerust met MIDI aansluitingen, zodat
uitvoeringsdata met externe apparaten uitgewisseld kan
worden. Deze aansluitingen kunnen gebruikt worden om de
ATELIER op een extern apparaat aan te sluiten, voor nog meer
veelzijdigheid.
Over MIDI aansluitingen
De ATELIER heeft twee soorten MIDI aansluitingen.
Als deze met de MIDI aansluitingen van een MIDI apparaat
worden verbonden, kunnen de twee instrumenten elkaar
besturen.
U kunt bijvoorbeeld geluid van het andere instrument uitsturen
of op het andere instrument van geluid veranderen.
Het MIDI zendkanaal dient altijd te worden ingesteld.
fig.10-09.eps
MIDI Out aansluiting
Verbind het externe MIDI apparaat met de MIDI IN
aansluiting, via een optionele MIDI kabel. De noten die op het
toetsenbord worden gespeeld, bewegingen van het demper
pedaal, expressie data, data die aangeeft dat een Registratie
knop, enz. werd ingedrukt, zullen naar de externe MIDI
aansluiting worden verzonden. De solo Voice wordt alleen
verzonden als de solo [To Lower] knop op ON staat.
MIDI In aansluiting
Sluit het externe MIDI apparaat met een optionele MIDI kabel
op de MIDI Out aansluiting aan. Uitvoeringsberichten van een
extern MIDI apparaat worden hier ontvangen.
Deze binnenkomende berichten kunnen het ontvangende MIDI
instrument instrueren om geluiden te spelen of van voice te
veranderen.
De ATELIER bevat twee geluidsgenerators: één
geluidsgenerator voor zijn eigen toetsenbord, en één GM2/
GS geluidsgenerator (p.275). Normaalgesproken wordt
muziekdata die van een extern apparaat naar de MIDI In
aansluiting wordt verzonden, naar de GM2/GS
geluidsgenerator gestuurd. U kunt echter de ‘MIDI IN Mode’
parameter (p.224/ instellen, zodat de geluidsgenerator van
het toetsenbord wordt bestuurd.
De aansluitingen maken
Wanneer aansluitingen worden gemaakt, zet u de stroom
van de verschillende apparaten in de gespecificeerde
volgorde aan. Als deze stappen niet in de gegeven
volgorde worden uitgevoerd, kunnen storingen en/of
beschadigingen aan luidsprekers of andere apparatuur
optreden.
1.
Zet het volume van de ATELIER en het
apparaat dat u gaat aansluiten helemaal
laag.
2.
Zet de stroom van de ATELIER en het apparaat
dat u gaat aansluiten uit.
3.
Gebruik een MIDI kabel (apart verkrijgbaar)
om de MIDI aansluitingen met elkaar te
verbinden.
4.
Zet de stroom van de ATELIER en het
aangesloten apparaat aan.
5.
Pas het volumeniveau op de ATELIER en het
aangesloten apparaat aan.
6.
Ook dient het MIDI kanaal ingesteld te worden
(p.225).
MIDI apparaten aansluiten