Operation Manual

212
Verscheidene andere instellingen
Functie tijdens afspelen
U kunt specificeren of het expressie pedaal al dan niet func-
tioneert terwijl ATELIER songbestanden worden afgespeeld.
1. Raak <Sound/KBD> in het hoofdscherm aan.
Het Sound/Keyboard scherm verschijnt.
2. Raak <Controller> aan.
Het Controller scherm verschijnt.
3. Raak < > < > aan om de Exp. Src (Play)
weer te geven.
fig.09-10.eps
4. Raak de Exp. Src (Play) instelling aan.
fig.09-12.eps
5. Raak < > < > aan om de instelling te
veranderen.
6. Raak <Exit> aan.
Deze instelling bepaalt welk toetsenbord door de Pitch Bend/
Vibrato hendel bestuurd zal worden.
1. Raak <Sound/KBD> in het hoofdscherm aan.
Het Sound/Keyboard scherm verschijnt.
2. Raak <Controller> aan.
Het Controller scherm verschijnt.
3. Raak < > < > aan om de Bender/Vibrato
weer te geven.
fig.09-10.eps
4. Raak de Bender/Vibrato instelling aan.
fig.09-13.eps
5. Raak < > < > aan om de instelling te
veranderen.
6. Raak <Exit> aan.
Instelling Omschrijving
PEDAL
+COMPOSER
Het expressie pedaal functioneert.
Expressie pedaal opname binnen het
songbestand is eveneens effectief.
COMPOSER
Het expressie pedaal functioneert
niet. De expressie pedaal opname
binnen de Song is effectief.
PEDAL
Het expressie pedaal functioneert. De
expressie pedaal opname binnen het
songbestand zal genegeerd worden.
Het toetsenbord kiezen waarop Pitch
Bend en Vibrato worden toegepast
Instelling Omschrijving
to UPPER
Het effect wordt op de voices die op het
bovenste toetsenbord worden gespeeld
toegepast.
to LOWER
Het effect wordt op de voices die op het
onderste toetsenbord worden gespeeld
toegepast.
to PEDAL
Het effect wordt op de voices die op het
voetklavier worden gespeeld toegepast.