Operation Manual

67
Geluiden selecteren en afspelen
Geluiden selecteren en afspelen
Uitvoerings tips
De basis uitvoeringstechnieken zijn hetzelfde als die van Art. Violin.
U kunt Aftertouch en het expressie pedaal gebruiken voor besturing van de
dynamiek, en een rijk expressief midden en lage reeks geluid produceren. Als
de toetsen sterker worden aangeslagen, wordt de attack benadrukt, door een
kort geluid van de strijkstok die over de snaren schraapt toe te voegen.
Met het pizzicato, dat hoorbaar is als u de voetschakelaar instelling op ART.
CONTROL 2 instelt en een noot speelt, kunt u ogenblikkelijk van arco
(gestreken) geluiden in pizzicato (geplukt) veranderen. U kunt hier op
effectieve wijze gebruik van maken, door op het juiste moment in een frase
tussen de twee geluiden af te wisselen.
Het Art. Cello instrument heeft een lage toonhoogte. Als u dit op het bovenste
manuaal speelt, zult u waarschijnlijk de Octave Shift op –1 willen instellen om
het gebied waarbinnen het geluid effectief gespeeld kan worden toe te laten
nemen.
Voetschakelaar effect
Aanbevolen toonhoogte
C2-F5 (als Octave Shift 0 is. Middelste C is C4).
Kenmerken van de trombone (Art. Trombone)
De meest kenmerkende eigenschap van de trombone is het portamento effect,
dat met gebruik van de schuif wordt verkregen. Het Art. Trombone geluid
ondersteunt deze uitvoeringstechniek.
Uitvoerings tips
Met de dynamische regeling, geproduceerd door Aftertouch en het expressie
pedaal, kunt u een vloeiende en natuurlijke overgang van een zacht geblazen
mild geluid naar een sterk geblazen intens geluid teweegbrengen. Als de
toetsen sterker worden aangeslagen, wordt een kort ‘overblazen’ geluid
geproduceerd.
De portamento techniek, welke de toonhoogte op vloeiende wijze verandert,
is een belangrijk onderdeel van het onderscheidende karakter van de
trombone, maar kan onnatuurlijk klinken wanneer teveel gebruikt. De
oplossing is om dit slechts op een beperkt aantal punten in de Song te
gebruiken, daar waar het het meest effectief is.
Het Art. Trombone instrument heeft een lage toonhoogte. Als u dit op het
bovenste manuaal speelt, zult u waarschijnlijk de Octave Shift op –1 willen
instellen.
Onderdeel Instelling
ART. CONTROL1
Door het toetsenbord legato te bespelen terwijl de
voetschakelaar wordt ingedrukt, kunt u portamento
produceren dat de toonhoogte op vloeiende wijze verandert.
ART. CONTROL2
Door het toetsenbord legato te bespelen terwijl de
voetschakelaar wordt ingedrukt, kunt u een pizzicato geluid
produceren van de snaar die met de vinger wordt ‘geplukt’,
in plaats van met een strijkstok bespeeld te worden.