Operation Manual

Gefeliciteerd met de aanschaf van de Boss DB-30 Dr. Beat metronoom.
Voordat u dit apparaat gebruikt, raden we u aan de delen ‘Het apparaat op een veilige manier gebruiken’ en ‘Belangrijke instructies’ te
lezen. Deze delen geven informatie over het juiste gebruik van dit apparaat. Om u bovendien het gevoel te geven, dat u alle onderdelen
van deze metronoom onder de knie heeft, moet u deze handleiding één keer in zijn geheel lezen. Bewaar deze handleiding ter referentie.
Belangrijkste eigenschappen
Niet alleen komt dit apparaat met standaard mogelijkheden
(de wijze, waarop een metronoom normaliter afspeelt) voorge-
programmeerd, maar ook met een gecomprimeerde beat of
afwijkend tempo.
Het tempo kan handmatig door het ritmisch indrukken van de
Tap knop op de maat van de Song ingesteld worden (Tap
ingave in tempo).
U kunt de referentietoon in halve stappen over het bereik van
één octaaf ingeven. Dit maakt het spelen met blaasinstru-
menten eenvoudiger en kunt u stemmen (referentie toon
functie).
Als u de metronoom ongeveer zestig minuten niet gebruikt,
schakelt het zichzelf automatisch uit.
Paneel omschrijving
1.
Schakelt stroom aan en uit.
* Zorg ervoor, dat u altijd het volumeniveau minimaal zet, voordat u
het apparaat inschakelt. Zelfs bij het minimale volumeniveau kan het
zijn, dat u nog wat hoort. Dit is normaal, dus geen storing.
2.
Rhythm/Beat knop
Hiermee schakelt u het apparaat in de metronoom stand. Wisselt
tussen het Tempo/Rhythm/Beat scherm.
3.
Note/Pitch knop
Schakelt het apparaat naar de referentie toon functie.
4.
Tempo/Value knop
Wijzigt het tempo van de metronoom en de waardes in het
scherm.
5.
Start/Stop knop
Start en stopt de metronoom en de referentie toon.
6.
Tap/Mute knop
Bepaalt het tempo in de metronoom (tap functie als de metro-
noom niet gebruikt wordt), en schakelt het geluid tijdelijk uit
(Mute functie, terwijl de metronoom afspeelt).
7.
Volume draaiknop
Past het totale volume aan.
8.
Tempo indicatie
Licht in de maat van het tempo op.
9.
Display/Scherm
Informatie verandert afhankelijk van de gekozen functie.
10.
Koptelefoon aansluiting
Hier sluit u een koptelefoon aan.
*
Om de buren niet tot last te zijn, probeer het volume beperkt te hou-
den. Door een koptelefoon te gebruiken, hoeft u zich hierover verder
geen zorgen te maken (vooral `s avonds)
Een muntstuk kunt u als standaard onderin de metronoom
plaatsen
De riem kunt u door het gat bovenin rijgen, zoals op de
tekening aangegeven.
Met de klem aan de achterkant kunt u de metronoom aan een
standaard vastmaken.
In gebruik
De DB-30 als metronoom gebruiken
1.
Nadat u de stroom heeft aangezet, drukt u op
RHYTHM/BEAT om voor de metronoom functie te kiezen. Als
de DB-30 als metronoomfungeert, verschijnt ‘RHYTHM’,
‘TEMPO’ en ‘BEAT’ in het scherm.
2.
Als ‘RHYTHM’, ‘TEMPO’ en ‘BEAT’ zichtbaar zijn, drukt u op
‘TEMPO/VALUE’ / om het tempo in te stellen. Door deze
toetsen ingedrukt te houden, zullen de waardes sneller veran-
deren. Binnen het bereik van = 30–250 kunt u het tempo
instellen.
3.
Druk op ‘START/STOP’ knop om de metronoom te starten.
Door weer op deze knop te drukken, stopt de metronoom.
* Als ‘RHYTHM’ of ‘BEAT’ flikkert, kunt u het tempo niet met
TEMPO/VALUE knop of wijzigen. Als u het tempo wilt wijzi-
gen, moet u op ‘RHYTHM/BEAT’ knop drukken, zodat het flikkeren
stopt, en de LED blijft branden.
T
empo met Tap ingave instellen
In metronoom modus, en als de metronoom uitstaat, kunt u met
behulp van de TAP/MUTE knop twee of meerdere keren tikken
om het tempo aan te geven.
* Dit werkt niet als de metronoom actief is.
De metr
onoom functies instellen
1.
Druk in Metronoom modus op de RHYTHM/BEAT knop,
zodat dit gaat flikkeren.
2.
Kies voor een ritme of beat met de TEMPO/VALUE of
knoppen. Als ‘RHYTHM’ in het scherm flikkert, kunt u uit
negen verschillende ritmes kiezen, als ‘BEAT’ in het scherm
flikkert, kunt u uit 24 Beats selecteren. Door de TEMPO/
VALUE of knoppen in te drukken, terwijl u met Beat
werkt, verandert de waardes constant.
Met de referentietoon werken
1.
Als het apparaat aanstaat, drukt u op de NOTE/PITCH knop
om de referentie modus op te roepen. U ziet nu ‘PITCH’ en
‘NOTE’ in het scherm staan.
2.
Als ‘NOTE’ in het scherm verlicht is, stelt u de nootbenaming
met TEMPO/VALUE of knoppen in. Over een octaaf
bereik van C naar B kunt u in halve stappen de benaming
selecteren.
1
2
3
4
6
7
9
10
5
8
klem
sleuf
riemhouder
Handleiding

Summary of content (6 pages)