Operation Manual

■ (6-1B) Step Recording
uitvoeren
Het drumgedeelte door middel
van Step Recording opnemen
1. Druk op [REC].
De REC aanwijzer en de stip “
앬” in het
patroon knipperen. De knipperende stip is
voor de stap die opgenomen gaat worden.
“A” of “B” zal knipperen, afhankelijk van
de maat (de eerste of de tweede maat)
waarin de stap opgenomen gaat worden.
2. Druk op [BASS] om het basgedeelte te
selecteren.
3. Druk op [

] [

/ENTER
] om de op te
nemen stap te specificeren.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en
op [

] drukt, kunt u naar de eerste
stap springen.
4. Tik op het Key Pad van het instrument dat
u wilt opnemen.
Nu wordt de sterkte waarmee de Key Pads
worden ingedrukt, als velocity opgenomen.
De opname gaat automatisch één stap
vooruit.
◆ U kunt een geluid controleren (het afspelen,
maar niet opnemen) door [VOICE] inge-
drukt te houden, en op het corresponde-
rende Key Pad te drukken.
◆ U kunt roffels en flams opnemen door
[ROLL] of [FLAM] ingedrukt te houden,
terwijl u op de Key Pads tikt.
* Tijdens het opnemen van roffels in Step Recor-
ding, zijn de roffel instellingen (Roll Type; p. 77)
niet beschikbaar, en de stappen in het interval
vanaf het moment dat u een Key Pad indrukt,
tot aan het moment dat u het loslaat, worden
met één geluid per keer opgenomen.
* Tijdens het spelen van flams, worden de flam
instellingen (Flam Interval/Ratio; p. 78) niet
opgenomen. Als deze instellingen na de opname
worden veranderd, zal de manier waarop de
flam klinkt eveneens veranderen.
* Meerdere noten kunnen niet op hetzelfde
padnummer in dezelfde stap worden opgenomen.
5. Herhaal de stappen 2 tot en met 4 zo vaak
als nodig.
* Indien nodig verandert u de Quantize instel-
lingen voor de opname (p. 55).
6. Druk op [STOP] om de opname te stoppen.
De REC aanwijzer gaat uit.
* Als u [START] indrukt tijdens Step Recording
(terwijl de REC aanwijzer aan staat), zal de
DR-670 naar Realtime Recording overschakelen.
Het basgedeelte door middel
van Step Recording opnemen.
1. Druk op [REC].
De REC aanwijzer en de stip “
앬” in het
patroon knipperen. De knipperende stip is
voor de stap die opgenomen gaat worden.
“A” of “B” zal knipperen, afhankelijk van
de maat (de eerste of de tweede maat)
waarin de stap opgenomen gaat worden.
2. Druk op [BASS] om het basgedeelte te
selecteren.
3. Druk op [

] [

/ENTER
] om de op te
nemen stap te specificeren.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en
op [

] drukt, kunt u naar de eerste
Hoofdstuk 3 Patronen opnemen en bewerken (Pattern Edit Mode)
57
Hoofdstuk 3
Om eerder opgenomen geluiden te
wissen terwijl u opneemt
a. Druk op [

] [

/ENTER
] om naar de te
verwijderen stap te gaan.
b. Houdt [SHIFT] ingedrukt, en druk op
[2] (DELETE). Vervolgens drukt u,
terwijl [SHIFT] nog steeds ingedrukt is,
op het Key Pad waaraan het instru-
ment dat u wilt wissen is toegewezen.
Eerder opgenomen geluiden wissen
terwijl u opneemt
Houdt [SHIFT] ingedrukt en druk op [2]
(DELETE). Vervolgens drukt u, terwijl
[SHIFT] ingedrukt blijft, op een Key Pad.
Alle geluiden, ongeacht de toonhoogte,
worden gewist zolang u [SHIFT] en het Key
Pad ingedrukt houdt.
* Om geluiden met lange noten te wissen,
drukt u op het Key Pad zodra het geluid
begint te spelen. Het volledige geluid dat
eerder werd opgenomen wordt, ongeacht de
lengte van de noot, gewist.